38
6.5
Blokkeren uitgaand
Met deze functie kunt u aangeven welke toestellen via welke
netlijnen oproepen mogen maken. Een toestel kan bij meerdere
netlijnen worden geblokkeerd.
Standaard mogen alle toestellen via alle netlijnen oproepen maken.
Kies netlijn
– Netlijn 1
– Netlijn 2
– Netlijn 3
Kies de netlijn waarvoor u de toegang wilt programmeren, bijvoor-
beeld Netlijn 1.
Netlijn 1 restrictie
Toestel 20
Toestel 21
Toestel 22
Geef de toestellen aan die niet via de betreffende netlijn mogen
bellen, bijvoorbeeld Toestel 21.
Netlijn 1 restrictie
Toestel 20
Toestel 21
Toestel 22
Druk op
6.6
ISDN-lijnen aangesloten
Met deze functie kunt u aangeven welke netlijnen (ISDN) op het
systeem zijn aangesloten.
Kies toegang
Netlijn 1
Netlijn 3
Netlijn 4
Geef aan welke netlijnen aanwezig zijn.
Druk op
6.7
Netlijnbundels
Met deze functie kunt u aangeven welke netlijnen in welke bundel
moeten komen.
Standaard staan alle netlijnen in 1 bundel met toegangscode 0.
Kies netlijn
– Netlijn 1
– Netlijn 3
– Netlijn 4
Netlijn 4 –
Netlijn 5 –
Terug –
Toestel 23
Toestel 24
Toestel 25
Toestel 23
Toestel 24
Toestel 25
om terug te keren naar het lijnprogrammeringmenu.
Netlijn 5
Netlijn 6
Terug –
om terug te keren naar het lijnprogrammeringmenu.
Terug –