Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstelling En Werking; Ontsteken - Reznor EURO-T 2000 D Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Het toestel werd, vóór het verlaten van de fabriek,
volledig op zijn goede werking getest. Indien de
installatie geheel conform deze instrukties werd
uitgevoerd, kan het toestel in bedrijf worden gesteld.

ONTSTEKEN

1.
Zorg er voor dat de eventuele schoepen in de
uitblaasopening(en) volledig geopend zijn.
2.
Open de hoofdgaskraan.
3.
Schakel de elektrische spanning in.
4.
Zet de ruimtethermostaat op vragend.
5.
Zet de tijdschakelaar (indien toegepast) eveneens
op stand 'AAN'.
6.
Als de signaallamp op de afstandsbediening
brandt, schakelaar naar stand 'reset' draaien.
7.
De brander zal nu binnen 2 min. automatisch
ontsteken en binnen 2 min. daarna zal ook de
luchttransportventilator starten (zie 'werking', punt
6).
8.
Voor een nieuwe installatie kunnen tot 3 ont-
steekcycli noodzakelijk zijn, als er zich nog lucht in
de gasleiding bevindt. Indien het toestel niet
ontsteekt, zie dan 'storingen' hfdst. 9.
9.
Gastoevoerdruk
overeenstemmen met de gegevens de tabel op
blz. 3. Indien de toevoerdruk hoger is dan 30 mbar,
moet er een drukregelaar met constante einddruk
geplaatst worden. Bij een gasdruk lager dan 20
mbar, moet de gasmaatschappij gewaarschuwd
worden.
WERKING
1.
Door het schakelen van externe regelapparatuur
wordt een elektrisch circuit tot stand gebracht en
de rookgasventilator zal starten.
2.
Zodra er voldoende onderdruk is (gecontroleerd
door de drukverschilschakelaar), wordt gedurende
± 30 seconden verbrandingslucht aangezogen
(voorspoelen).
3.
Ontsteking gebeurt direct op de hoofdbrander. Een
gloei-ontsteker gloeit gedurende ± 15 seconden,
waarna de gaskleppen geopend worden en de
brander ontsteekt.
4.
Indien de brander niet binnen 5 sec. ontsteekt na
het openen van de gaskleppen, zal de elek-
tronische branderautomaat uitschakelen en het
toestel gaat in veiligheid. De signaallamp op de
afstandsbediening zal branden. Na ca. 10 sec. kan
de knop naar stand 'reset' gedraaid worden om het
toestel opnieuw te laten starten.
5.
Vlambeveiliging vindt plaats d.m.v. het principe van
ionisatie. Een correcte vlam zorgt voor een
elektrische stroom tussen de ontsteker en de
brander. Om te controleren of deze ionisatie-

8. INBEDRIJFSTELLING EN WERKING

en
branderdruk
moeten
stroom voldoende is, dient men de brug tussen
aansluitklem 17 en 18 van de branderautomaat te
verwijderen en een DC micro-ampèremeter tussen
deze twee klemmen aan te sluiten. De
ionisatiestroom moet min. 2µA bedragen.
6.
Gelijktijdig met het inschakelen van de ontsteking
en het openen van de gaskleppen, komt de
ventilatorthermostaat (FCR) van de luchtventilator
onder spanning. Na ca. 2 min. zal de ventilator
starten en de warme lucht wordt nu via het
kanalensysteem in de ruimte geblazen.
7.
Indien de toevoer van verbrandingslucht onvol-
doende is, zal de brander doven en het toestel zal
automatisch herstarten zodra de toevoer van de
verbrandingslucht
gecontroleerd door de drukverschilschakelaar.
8.
Als de brander om een of andere reden dooft
tijdens bedrijf, zal er automatisch een nieuwe
ontsteekcyclus volgen; als de brander bij deze
poging niet ontsteekt, zal het toestel in veiligheid
gaan. Er zal dan een handmatige reset moeten
plaatsvinden op de brander om het toestel opnieuw
in bedrijf te stellen. Controleer tevens wat de
oorzaak van de storing geweest zou kunnen zijn.
9.
Ingeval er om enigerlei reden oververhitting zou
plaatsvinden, zullen de veiligheidsthermostaten in
werking treden en wordt de brander uitgeschakeld.
De brander wordt door de eerste veiligheid (LC1)
uitgeschakeld en deze schakelt automatisch weer
in na afkoeling en de ontsteekcyclus start opnieuw.
De tweede veiligheid (LC3), die op een hogere
temperatuur is afgesteld, schakelt zichzelf en de
brander uit. Een handmatige reset van LC3 door
op de knop te drukken, is noodzakelijk om het
toestel weer in bedrijf te stellen. Hiervoor moet een
afkoeltijd van ca. 1 minuut in acht worden
genomen.
10. Wanneer de gewenste temperatuur of verwar-
mingstijd is bereikt, wordt de spanning op de
branderautomaat uitgeschakeld en de brander
dooft. De luchttransportventilator zal blijven
draaien totdat de warmtewisselaar voldoende is
afgekoeld.
11. Om het toestel voor een korte periode uit te
schakelen, dient alleen de ruimtethermostaat op
een lager niveau te worden ingesteld. Om de
verwarming opnieuw te starten, de thermostaat
hoger instellen.
12. Voor een langere stilstandsperiode de thermostaat
op de laagste stand zetten en de gaskraan
dichtdraaien. De elektrische voeding mag pas
worden uitgeschakeld nadat de luchttransport-
ventilator is gestopt.
Om het toestel opnieuw te starten, volg de
instrukties voor het ontsteken.
13. Het gas en de elektriciteit mogen alleen afgesloten
worden in noodgeval of voor langere stil-
standsperiodes.
hersteld
is.
Dit
wordt
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave