Inhoudsopgave
Advertenties
5. Verwijder de bodemplaat (Q) van de voorverwarmer.
– De bodem zit met vier kliksluitingen vast in de
elektronicaslede. Twee kliksluitingen zitten aan de
voorkant (zichtbaar) en twee aan de achterkant
(niet zichtbaar).
6. Controleer het filter van de voorverwarmer en reinig
dit eventueel.
- Reinig het filter met een borstel.
- Verwijder eventuele aanslag met een vochtige
doek.
7. Plaats alle onderdelen terug in omgekeerde
volgorde.
8. Sluit de ComfoAir Standard weer aan op de
netstroom.
K
L
O
M
Draai de schroeven aan tot maximaal 1,5 Nm.
Dit komt ongeveer overeen met stand 2 van een
gemiddelde accuboormachine.
9. Voer de zelftest uit volgens menu P76.
2.10
Storingen
Storingen in de ComfoAir Standard worden als volgt
gemeld:
■ De storingsmelding verschijnt op het display.
■ De storingsindicator op de 3-standenschakelaar gaat
branden.
Niet in alle gevallen verschijnt er een storingsmelding
op het digitale bedieningsscherm, ook als er wel een
storing (of probleem) is. In de volgende paragrafen
worden beide typen storingen (of problemen) kort
toegelicht.
J
I
N
2.10.1 Storingsmeldingen op het digitale
bedieningsscherm
Bij een storing verschijnt de bijbehorende storingscode
op het digitale bedieningsscherm van de ComfoAir
Standard.
Hieronder staat een overzicht van de storingsmeldingen
die op het scherm verschijnen.
In het hoofdstuk over probleemoplossing wordt
uitgelegd hoe deze storingen kunnen worden
verholpen.
Code
Omschrijving
A0
n.v.t.
A1
NTC sensor T1 is defect.
(= temperatuur van de buitenlucht)
A2
NTC sensor T2 is defect.
(= temperatuur van de toevoerlucht)
A3
NTC sensor T3 is defect.
(= temperatuur van de retourlucht)
A4
NTC voeler T4 is defect.
(= temperatuur van de afvoerlucht)
A5
Storing aan de motor van de bypass.
A6
Storing in de motor van de voorverwarmer.
A7
Voorverwarmer verwarmt niet voldoende.
A8
Voorverwarmer wordt te warm.
E1
Afvoerventilator draait niet.
E2
Toevoerventilator draait niet.
EA2
Geen communicatie tussen de enthalpiesensor en de
ComfoAir Standard.
,Fil' ,tEr'
Interne filter is vuil.
2.10.2 3-standenschakelaar met
storingsindicatie
De 3-standenschakelaars die beschikken over
een storingsindicatie geven een melding bij een
storing of een vervuild filter. Afhankelijk van het type
3-standenschakelaar vindt die melding op een van de
volgende twee manieren plaats:
■ 3-standenschakelaar met storingsindicator.
Bij een storing of een vervuild filter gaat het lampje
op de schakelaar branden;
■ Draadloze 3-standenschakelaar met
storingsindicatie.
De lampjes gaan branden zodra deze
3-standenschakelaar gebruikt wordt. Eén lampje
brandt groen om aan te geven dat communicatie tot
stand is gebracht. Als daarna een storing optreedt of
een filter moet worden gereinigd, gaan beide lampjes
3x rood knipperen. Daarna worden beide lampjes
weer groen.
19 - NL
Advertenties
Inhoudsopgave
