Sectie open: De kraan voor de afzonderlijke sectie is open en de
sectie gaat spuiten als de hoofdkraan geopend wordt. De sectiediode
brandt constant.
Sectie dicht: De kraan voor de afzonderlijke sectie is dicht wanneer de
hoofdkraan geopend wordt, maar kan geopend worden zonder "Bediening
afzonderlijke secties" te gebruiken. De sectiediode knippert langzaam.
Sectie actief: De sectie kan onmiddellijk geopend en afgesloten
worden d.m.v. de sectiekeuze. Zolang de sectie actief, maar dicht, is
knippert de sectiediode langzaam.
Sectie inactief: De keuze van de sectie is ongedaan gemaakt onder
"Bediening afzonderlijke secties" en de sectie moet eerst weer actief
gemaakt worden voordat deze weer gebruikt kan worden. Zolang de
sectie inactief is, is de sectiediode uit.
Hoofdkraan aan/uit
Bij het opstarten gaan alle kranen van de EC bedieningsarmatuur dicht
en zijn alle secties actief. De diodes knipperen langzaam.
• Druk op [
nu constant.
• Als u [
sectiekranen open. De diodes voor de secties branden dan constant.
• De toets [
dicht is, knippert het midden-gedeelte van de spuitboom.
Sectie aan/uit
Met de pijltjestoetsen worden de spuitboomsecties geopend of afgeslo-
ten. De status van de afzonderlijke secties kan naar buiten gewijzigd
worden door op [
drukken. Dit betekent dat wanneer een sectie uit is deze aangezet
wordt, en omgekeerd. U kunt zien dat bepaalde secties aan staan als
de bijbehorende diodes branden.
N.B.: Het middengedeelte is aangesloten op de pijltjestoets aan de
rechterkant.
Bediening afzonderlijke secties
Als de veldspuit meer dan 4 secties heeft, kan het soms nodig zijn een
aantal secties uit te zetten.
Werkwijze
1. Druk de toets voor diodehelderheid ongeveer 2 seconden in. Eén
24
] om de hoofdkraan te openen. De statusdiode brandt
FF
ON
] langer dan 2 seconden ingedrukt houdt, gaan alle actieve
FF
ON
] heeft het tegengestelde effect. Als de hoofdkraan
OFF
O
] te drukken en naar binnen door op [
] te