Instelling
Beschrijving
Instelling
Beschrijving
De druksensoren worden aangesloten op de externe sensoraansluitingen op de
Saphir. In deze stand kan de beperking van de ventilatoren met behulp van de
interne druk(vol)sensoren worden geactiveerd. Instelpunten (inclusief beperkende
instelpunten enz.) worden ingesteld in het menu: -Instelpunten: Drukcontroller.
Menu
Configuratie
Controlemodus
Parameternaam
SuppFanMode
5.9 Modus afvoerventilator kiezen
Keuze van de te gebruiken bediening voor de afvoerventilator. De alternatieven zijn:
Prsl = Bediening op basis van de interne druksensoren (Pressure)
ExRg = Bediening met een externe regeling/controller die een 0-10 V signaal naar
de Saphir stuurt dat direct wordt doorgestuurd naar de ventilatorregeling (met of
zonder beperking). De externe regeling kan VAV of CO2 e.d. zijn, mits deze maar
0-10 V geeft. Het instelpunt wordt ingesteld op een extern apparaat (niet op de
handterminal). In deze stand kan de beperking van de ventilatoren met behulp van
de interne druk(vol)sensoren worden geactiveerd.
Cvol = Controle op basis van de interne druksensoren (Constant Air Volume)
CO2 = Alleen als CO
-SENSOREN (geen regelaar) worden gebruikt en
2
aangesloten op de Saphir. Instelpunten (in % niet ppm) worden ingesteld op de
handterminal; de Saphir voert de bediening uit. De CO
aangesloten op de externe sensoraansluitingen op de Saphir. In deze stand kan de
beperking van de ventilatoren met behulp van de interne druk(vol)sensoren worden
geactiveerd. Instelpunten (inclusief beperkende instelpunten enz.) worden
ingesteld in het menu: -Instelpunten: CO
PrES = is wanneer de drukSENSOREN (niet de regeling) wordt gebruikt en wordt
aangesloten op de externe sensoraansluitingen op de Saphir. De instelpunten
worden ingesteld op de handterminal. De Saphir regelt. De druksensoren worden
aangesloten op de externe sensoraansluitingen op de Saphir. In deze stand kan de
beperking van de ventilatoren met behulp van de interne druk(vol)sensoren worden
geactiveerd. Instelpunten (inclusief beperkende instelpunten enz.) worden
ingesteld in het menu: -Instelpunten: Drukcontroller.
Menu
Configuratie
Controlemodus
Parameternaam
ExtanMode
5.10 Aantal externe sensoren ventilator
Keuze van het aantal ventilatorsensoren (druk of CO
1-Ea. Dit staat de keuze toe van het aantal sensoren dat wordt gebruikt in de eenheid,
in het algemeen gebruikt voor externe sensoren.
2 = Beide sensoren gemonteerd. Iedere ventilator volgt zijn eigen sensor.
Basic Documentation CS 1000
FLEXIT AS
SuppFanMode
Instelbereik
Standaardwaarde
Prsl/ExRg/CvolCO2/
Cvol
PrES
-sensoren worden
2
-controller.
2
E
tFanMode
Instelbereik
Standaardwaarde
Prsl/ExRg/CvolCO2/
CVol
PrES
). De alternatieven zijn: 2, 1-Sa,
2
74/103
94204