Inhoudsopgave
Advertenties
3.3 – INSTALLATIE VAN DE DIVERSE INRICHTINGEN
Het installeren van de GD0 vindt in 3 delen plaats:
- Assemblage van de geleider (zie paragraaf 3.3.1).
- Bevestiging van de reductiemotor aan de geleider (zie paragraaf 3.3.2).
- Bevestiging van de reductiemotor aan het plafond (zie paragraaf 3.3.3).
3.3.1 – Assemblage van geleider
De met de GD0 meegeleverde geleiderail dient op onderstaande manier
te worden geassembleerd:
1. Uitgaande van de afbeelding 14, haalt u de terugloop van de riem-
aanspanner (14a) weg; steek een uiteinde van de riem in de poelie
(14b); breng de terugloop van de riemaanspanner weer in de geleide-
rail (14c) aan.
14a
14b
2. Laat dit zelfde uiteinde van de riem door de kop (B) lopen, zoals u op
afbeelding 15 ziet.
N.B.– let op de stand van de riem: deze moet met de tanden naar boven
gericht zijn, recht lopen zonder draaiingen.
15
3. Richt het benedendeel van de wagen, waarbij u ervoor zorgt dat de
groeven in overeenstemming zijn met de uiteinden van de riem, zoals
dat op afbeelding 16 is te zien.
16
4. Breng beide uiteinden van de riem in de voorgevormde spleten van het
beneden deel van de wagen (C), die u allemaal dient te gebruiken. Zet
de uiteinden van de riem vast met de 2 speciale schroeven V4.2x9.5
en de 2 borgringetjes R05, zoals dat op afbeelding 17 is te zien.
17
5. Zet met de schroef V6x18 en de daarbijbehorende moer M6 de trek-
beugel (D) vast aan het bovendeel van de wagen (E), zoals dat op
afbeelding 18 is te zien.
18
14c
B
C
D
6. Haak het bovendeel van de wagen (E) aan het benedendeel daarvan
(C) en breng de gehele wagen in de geleiderail, zoals dat op afbeel-
ding 19 is te zien.
19
7. Assembleer de drie delen van de geleiderail waarbij u die delen in de ver-
bindingsbeugels (F) aanbrengt, waarbij u een hamer gebruikt, zoals dat
op afbeelding 20 en 21 is te zien.
Belangrijk – de geleiderails moeten zover in de beugels lopen tot u een
duidelijke klik hoort.
20
8. Breng de riem zeer voorzichtig in de geleiderail aan en zorg er daarbij
voor dat hij niet draait.
9. Steek de kop (B) waarbij u veel kracht aanwendt, in het vrije uiteinde
van de geleiderail, zoals dat op afbeelding 22 is te zien.
22
10. Span vervolgens de riem met behulp van de stelschroef (H) op de
terugloop van de riemaanspanner aan. Zoals op afbeelding 23.
Let op - Als de riem ERG strak gespannen is, bestaat er het gevaar
dat reductiemotor defect raakt; als de riem daarentegen WEINIG
gespannen is, kan dat hinderlijke geluidsvorming veroorzaken.
23
3.3.2 – Bevestiging van de reductiemotor aan de geleider
1 Koppel de uit de van de deuropener GD0K komende as aan de gelei-
derkop [B], en zet die vervolgens met de 4 schroeven M6.3x38 [I] vast.
24
E
C
B
H
I
B
E
21
11
Advertenties
Inhoudsopgave
