Pompbewaking
Werkingsprincipe
VEGAMET 861 • 4 ... 20 mA/HART
Voordat de nieuw gekozen pomp inschakelt, moet de ingestelde
inschakelvertraging voor deze pomp zijn afgelopen.
Bij een pompsturing bestaat bovendien de mogelijkheid, een pomp-
bewaking in te schakelen. Hierbij is een terugmeldsignaal aan de
betreffende digitale ingang nodig. De digitale ingangen zijn aan relais
1:1 toegekend. De digitale ingang 1 werkt op relais 1 enz.
Bij de pompbewaking zijn de volgende twee bedrijfsmodi aanwezig:
•
Pompbewaking met pompterugmelding
•
Pompbewaking met pompstand-by
Pompbewaking met pompterugmelding
Wanneer de pompbewaking voor een relais is ingeschakeld, dan start
bij het inschakelen van het relais een timer (tijdinstelling met parame-
ter " Terugmeldtijd"). Wanneer binnen de gedefinieerde terugmeldtijd
op de betreffende digitale ingang de pompterugmelding van de pomp
komt, blijft het pomprelais aangetrokken, anders wordt het relais di-
rect uitgeschakeld en een uitvalsignaal uitgestuurd. Een uitvalsignaal
en het uitschakelen van het relais volgt ook, wanneer het relais al is
ingeschakeld en het pompterugmeldsignaal tijdens de looptijd van de
pomp verandert. Bovendien wordt een nog uitgeschakeld relais van
de pompsturing gezocht en in plaats van het gestoorde relais wordt
dit ingeschakeld. Een low-signaal op de digitale ingang wordt als fout-
signaal van de pomp gezien. Om het uitvalsignaal op te heffen, moet
op de digitale ingang het signaal naar " goed" omschakelen.
Pompbewaking met pompstand-by
De werking komt overeen met de " Pompbewaking met pompterug-
melding" met als verschil, dat in deze bedrijfsmodus geen uitvalsig-
naal wordt uitgestuurd, maar alleen de Namur-status " Onderhoud
nodig". Wanneer de pomp niet gereed is (bijv. onderhoudsbedrijf), kan
dit via de digitale ingang worden gesignaleerd, er wordt dan alleen
de Namur-status " Onderhoud nodig" uitgestuurd en geen uitvalsig-
naal. De andere aangesloten pompen worden dan automatisch voor
de pompregeling gebruikt, tot de pomp in onderhoudsbedrijf weer
gereed is.
11.2.3
Toepassingsvoorbeeld pompregeling 3/4
De pompsturing 3/4 wordt gebruikt, om meerdere pompen met
dezelfde functie afwisselend en in een vastgestelde volgorde aan te
sturen. Bij verhoogde vraag kunnen alle pompen afhankelijk van de
ingestelde schakelpunten ook tegelijkertijd draaien. Door deze maat-
regel wordt een gelijkmatige belasting van de pompen gerealiseerd
en de bedrijfszekerheid verbeterd.
Alle relais met geactiveerde pompsturing zijn niet aan een bepaald
schakelpunt toegekend, maar worden afwisselend in- en uitgescha-
keld. De regelaar kiest bij het bereiken van een inschakelpunt dat
relais, welke als volgende aan de beurt is. Bij het bereiken van een
uitschakelpunt worden de relais weer uitgeschakeld in volgorde waar-
in deze werden ingeschakeld.
11 Toepassingen en functies
49