4. Trek de kruimellade eruit, leeg hem en maak hem schoon.
5. Reinig buitenoppervlakken en deuren met een kijkglas met een zachte vochtige
doek. Als het nodig is, een mild reinigingsmiddel gebruiken.
6. Veeg het af met een schoon doekje.
NL
7. Droog de gereinigde oppervlakken af met een zachte doek.
8. Regelmatig de ventilatie-openingen in het apparaat controleren.
9. Maak indien nodig de ventilatieopeningen schoon met een zachte borstel of een
stofzuiger, om de luchtcirculatie in het apparaat te verzekeren en zo het juiste
kookresultaat te verkrijgen.
16 / 18
Reiniging
Afb. 3
A201113