Vereisten Voor Externe Veiligheidsaarding; Aansluitprocedure - Sungrow SH5.0RT Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor SH5.0RT:
- Gebruikershandleiding (131 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (132 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruikershandleiding
WAARSCHUWING
•
Omdat de omvormer geen transformator heeft, kunnen de positieve en nega-
tieve elektroden van de PV-string niet worden geaard. Anders zal de omvormer
niet naar behoren werken.
•
Sluit voorafgaand aan de aansluiting van de AC-kabel, PV-string en communi-
catiekabel eerst de externe veiligheidsaarding aan op het aardingspunt.
•
Het externe aardingspunt biedt een betrouwbare veiligheidsaarding. Zorg voor
een correcte aardleiding. Anders bestaat het risico op beschadiging van het
product of persoonlijk letsel.
•
Afhankelijk van lokale voorschriften dient in aanvulling op de bliksembeveili-
ging ook de onderliggende constructie van de zonnepanelen te worden verbon-
den met hetzelfde gemeenschappelijke aardingspunt (PE-staaf).
WAARSCHUWING
Het externe aardingspunt moet minimaal aan een van de volgende vereisten
voldoen.
•
De aardingskabel moet bij koperdraad een doorsnede hebben van minimaal 10
mm
2
en bij aluminiumdraad van minimaal 16 mm
wel het externe aardingspunt als het aardingspunt aan de AC-zijde beide goed
te aarden.
•
Als de doorsnede van de aardingskabel met koperdraad minder dan 10 mm
of minder dan 16 mm
veiligheidsaarding en de aarding aan de AC-zijde betrouwbaar worden geaard.
Eventuele alternatieve aardingen dienen altijd in overeenstemming te zijn met de
lokale voorschriften en regelgevingen. SUNGROW is in dat geval niet aansprakelijk
voor de mogelijke gevolgen.
6.4.1 Vereisten voor externe veiligheidsaarding
Alle niet-stroomvoerende metalen delen en behuizingen van de zonnepanelen moeten wor-
den geaard (zoals het frame van PV-modules en de behuizing van de omvormer).
Bij een PV-systeem met één omvormer, de externe aardingskabel aansluiten op het dichtst-
bijzijnde aardingspunt.
Bij een PV-systeem met meerdere omvormers moeten de externe veiligheidsaardingen van
alle omvormers en de aardingspunten van de PV-frames worden verbonden met de equipo-
tentiaalleiding in de aarde (overeenkomstig de situatie ter plekke).
6.4.2 Aansluitprocedure
Aan de onderzijde en rechterzijde van de omvormer bevinden zich twee aansluitingen voor
extra aarding. Sluit beide aardleidingen aan.
De kabel voor de extra aarding moet door de klant worden gefaciliteerd.
2
bij aluminiumdraad, moet u erop toezien dat de externe
6 Elektrische aansluiting
2
. Het wordt aanbevolen om zo-
2
is
47
Advertenties
Inhoudsopgave
