54
Met een profiel kunt u verscheidene
instellingen in één keer instellen.
• Er zijn vier profielen met standaar-
dinstellingen voorgeprogram-
meerd, maar die kunt u wijzigen:
Normale omgeving
Rustige omgeving
Onrustige omgeving
Headset
• Twee profielen kunt u naar wens
instellen (<Naam>).
• Het speciale profiel
vast ingesteld en kan niet worden
veranderd (p. 55).
Als het toestel door meer personen
wordt gebruikt, kan iedere gebruiker
zijn eigen instellingen activeren door
zijn profiel te kiezen.
K
Profielen
§Menu§
Activeren
G
Selecteer een standaard-
profiel of een persoonlijk
profiel.
Schakel het profiel in.
§Kies§
Normale omgeving
Opties
½
Schakel een profiel in.
Profielen
Vliegt.-modus
is
½
Kies
Instelling wijzigen
Ga als volgt te werk om een stan-
daardprofiel te wijzigen of een per-
soonlijk profiel in te stellen:
G
Selecteer een profiel.
Menu openen.
§Opties§
Instell. wijzigen
Selecteer.
Er wordt een lijst met mogelijke
functies weergegeven:
Belsign instel ....................................p. 44
Trilsignaal .........................................p. 44
Volume .............................................p. 44
Oproepfilter .......................................p. 45
Toetstonen .......................................p. 45
Servicetonen ....................................p. 45
Verlichting .........................................p. 46
Hoofdletters.......................................p. 46
Nadat u een functie hebt ingesteld,
keert u terug in het profielenmenu
en kunt u een volgende functie
instellen.