Inhoudsopgave
Advertenties
Opbouw en werking
5.2.3 Waterapparatuur
5.2.3.1
Waterapparatuur met spoeltrechter (poeder)
20
9.
1.
Afb. 6: Waterapparatuur met spoeltrechter
1.
Afsluitarmatuur
2.
Drukreduceerventiel
3.
Magneetventiel
4.
turboDOS
®
5.
Regelventiel
6.
Spoeltrechter
7.
Overloopsensor
8.
overloop
9.
3/2-weg-motorkogelkraan
De installatie wordt via de waterleiding voorzien van het benodigde aan‐
maakwater. Het drukreduceerventiel met vuilvanger zorgt voor de begren‐
zing en het aanhouden van de juiste bedrijfsdruk. De watertoevoer wordt
automatisch geopend en gesloten d.m.v. een magneetventiel. De flow‐
meter voorziet de besturing continue met gegevens over het huidige
debiet. Het waterdebiet wordt d.m.v. twee regelventielen ingesteld bij de
inbedrijfstelling.
Het poederpolymeer valt in de spoeltrechter, waarna het gelijkmatig wordt
bevochtigd met een deelstroom van het aanmaakwater. Hierdoor is klont‐
vorming van het doseermiddel uitgesloten.
De hoofdstroom van het aanmaakwater produceert d.m.v. een menginrich‐
ting een lichte onderdruk bij de afvoer van de trechter. Hierdoor wordt het
natte poeder weggezogen en belandt het vervolgens met het aanmaak‐
water in de Ultromattank
De activering van de poederdoseerder tegenover het magneetventiel vindt
vertraagd plaats. Dit om te voorkomen dat zich aan het begin van het aan‐
maakproces poeder afzet in het spoelapparaat. Voordat de poederdo‐
seerder wordt opgestart, stroomt gedurende een paar seconden water
door de trechter. Aan het einde van het aanmaakproces wordt de gehele
procedure in omgekeerde volgorde herhaald. Bij het bereiken van het
bovenste niveau wordt de poederdoseerder automatisch uitgeschakeld.
Het water stroomt nog een paar seconden door.
Een handmatig te bedienen afsluitarmatuur maakt bovendien een
gescheiden watertoevoer mogelijk voor onderhoudswerkzaamheden.
7.
8.
2. 3.
4.
6.
5.
5.
A0915
Advertenties
Inhoudsopgave
