07.4
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
Voer de aansluiting van de lijn 230 Vac 50 Hz uit met een geschikte kabel met stekker, die met het apparaat wordt meegeleverd, en die
de besturingseenheid en alle elektrische onderdelen van het apparaat voedt.
Het apparaat is voorzien van een contactdoos met zekeringen en een bipolaire schakelaar. Indien de besturingseenheid niet zou
ingeschakeld worden nadat de schakelaar op "I" (EEN) gezet werd, moet men controleren of de zekeringen intact zijn.
Kaart besturingseenheid
1.
Aarding
2.
Stroomaansluiting met bijgeleverde kabel
3.
Schakelaar
4.
Zekering Ø5X20 F4A 250V IEC 127-II
5.
3
AANDACHT:
De elektrische aansluitingen moeten uitgevoerd worden door bevoegd personeel, volgens de geldende normen
(2014/30/UE en 2014/35/UE).
Aansluiting van de contactdoos
Alvorens de stekker van de met de kachel bijgeleverde kabel aan de elektrische installatie van de woning aan te sluiten, moet men het
inzetstuk verwijderen en de stekker in de contactdoos (Fig.1) steken en zich ervan verzekeren dat de schakelaar op de stand "O" staat.
Na de stekker in de contactdoos gestoken te hebben, drukt men op de schakelaar "O-I" en zet men deze op de stand "I" en vervolgens
plaatst men het inzetstuk terug.
Fig. 1
A
B
A. Elektrische contactdoos met bipolaire schakelaar en beveiligingszekering
AANDACHT
Let op dat het netsnoer hete delen niet
aanraakt.
26
2
1
F
N
F
3
N
4
5
Fig. 2
B
Modular 80
AANDACHT
5
A
Het inzetstuk is uitgerust met een positie-
microschakelaar (B), links onderaan het inzetstuk
gemonteerd, die de stroomtoevoer verbreekt
wanneer de kachel verwijderd wordt.
Modular 68
Synthesis 60