z
De opnamerichting of het beeldformaat van een
panoramabeeld veranderen
Opnamerichting:
Panoramisch-
beeldformaat:
z
Tips voor het opnemen van panoramabeelden
Pan de camera met constante snelheid in een boogbeweging in de richting aangegeven op
het LCD-scherm. Stationaire onderwerpen zijn beter geschikt voor een panoramaopname
dan bewegende onderwerpen.
Verticale richting
• Druk de ontspanknop eerst tot halverwege in zodat de scherpstelling, belichting en witbalans
worden vergrendeld. Druk daarna de ontspanknop helemaal in en pan de camera horizontaal of
verticaal.
• Als een deel met zeer gevarieerde vormen of landschap zich langs de rand van het scherm bevindt,
kan de beeldcompositie mislukken. Pas in dergelijke gevallen de beeldcompositie aan zodat het deel
zich in het midden van het beeld bevindt, en neem het beeld opnieuw op.
z
De panoramabeelden lopend weergeven
U kunt de panoramabeelden voorbij laten lopen door op z op de besturingsknop te drukken
terwijl beelden worden weergegeven. Draai de W-(zoom)knop om weer het hele beeld weer
te geven.
Geeft het weergegeven deel aan
van het hele panoramabeeld
• Panoramabeelden kunnen ook worden weergegeven met behulp van de bijgeleverde software
"PMB" (pagina 135).
• Panoramaopnamen die op een andere camera zijn opgenomen lopen bij het weergeven mogelijk niet
goed.
MENU t [Opnamerichting] t selecteer [Naar rechts], [Naar
links], [Naar boven] en [Naar beneden] t z
MENU t [Panoramisch-beeldformaat] t selecteer
[Standaard] of [Breed] t z
Straal zo kort
mogelijk
Besturingsknop/
W-zoomknop
z op de besturingsknop Lopende weergave/pauzeert
v/V/b/B op de
besturingsknop
W-(zoom)knop
Horizontale richting
Werking
lopende beelden
Loopt door de beelden
Geeft het hele panoramabeeld weer
31
NL