Inhoudsopgave
Advertenties
I n s t e l l i n g e n
Als u een nieuw overdrachtscontact (bijvoorbeeld een mobiel apparaat) aan de lijst wilt toevoegen, selecteert u
Instellingen
Connectiviteit
>
Telefoonkopie, en geeft u de instellingen voor de betreffende soort gegevensoverdracht op.
Als u de instellingen voor het kopiëren en synchroniseren van gegevens wilt bewerken, selecteert u een contact in de lijst met
contacten voor overdracht en vervolgens
Als u een overdrachtscontact wilt verwijderen, selecteert u het overdrachtscontact in de lijst en selecteert u
Verwijderen.
Gegevensoverdracht met een compatibel apparaat
Gebruik voor synchronisatie draadloze Bluetooth-technologie of een kabelverbinding. Het andere apparaat moet zijn
geactiveerd voor ontvangst van gegevens.
U start de gegevensoverdracht door
selecteert u in de lijst het contact voor de gegevensoverdracht behalve
De geselecteerde gegevens worden op basis van deze instellingen gekopieerd of gesynchroniseerd.
Synchroniseren vanaf een pc
Als u de gegevens van uw agenda, notities en contacten wilt synchroniseren, moet u de software voor de Nokia PC Suite van
het apparaat op een compatibele pc installeren. Gebruik een draadloze Bluetooth-verbinding of een USB-gegevenskabel om het
apparaat te verbinden met de pc en start de synchronisatie vanaf de pc.
Synchroniseren vanaf een server
Als u een externe internetserver wilt gebruiken, moet u zich abonneren op een synchronisatiedienst. Neem contact op met uw
serviceprovider voor informatie over en de instellingen voor deze dienst. Het is mogelijk dat u de instellingen ontvangt als
configuratiebericht.
Zie 'Dienst voor configuratie-instellingen', p. 7.
1. Als u de synchronisatie vanaf het apparaat wilt starten, selecteert u
Geg.overdracht
> Serversynchr..
2. Selecteer
Synchronisatie gestart
Het synchroniseren kan bij de eerste keer of na een onderbroken synchronisatie 30 minuten duren voor het voltooid is.
USB-gegevenskabel
U kunt de USB-gegevenskabel gebruiken voor het overdragen van gegevens tussen het apparaat en een compatibele pc of een
printer die PictBridge ondersteunt. U kunt de USB-gegevenskabel ook gebruiken met Nokia PC Suite.
Als u het apparaat wilt activeren voor het overdragen van gegevens of het afdrukken van een afbeelding, dan moet u de
gegevenskabel aansluiten. Bevestig
volgende opties:
Nokia-modus
— om de kabel voor PC Suite te gebruiken
•
Afdrukken/media
— om het apparaat te gebruiken met een printer die PictBridge-compatibel is, of met uw compatibele
•
pc
Gegevensopslag
— om verbinding met een pc te maken die geen Nokia-software heeft, en om het apparaat voor
•
gegevensopslag te gebruiken
Als u de USB-modus wilt wijzigen, selecteert u
USB-modus.
Bellen
Selecteer
Menu
Instellingen
>
Doorschakelen
— om inkomende oproepen door te schakelen (netwerkdienst). Het is mogelijk dat u geen oproepen kunt
•
doorschakelen als bepaalde blokkeringsfuncties zijn ingeschakeld.
Stemhelderheid
— Selecteer
•
omstandigheden.
Opn. met will. toets
— Selecteer
•
drukken, met uitzondering van de aan/uit-toets, de linker- en rechterselectietoets, of de toets Einde
Aut. opn. kiezen
— Selecteer
•
mislukte oproeppoging.
Snelkeuze
— Selecteer
•
en met 9 door de desbetreffende nummertoets ingedrukt te houden.
Wachtfunctieopties
— Selecteer
•
binnenkomt terwijl u een gesprek voert (netwerkdienst).
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Geg.overdracht
>
>
Opties
> Bewerken.
Menu
Instellingen
>
of
Kopiëren wordt
"USB-gegevenskabel aangesloten. Selecteer
Menu
Oproepen
en maak een keuze uit de volgende opties:
>
Actief
om de verstaanbaarheid van spraak te verbeteren, vooral in lawaaierige
Aan
om een inkomende oproep te beantwoorden door kort op een willekeurige toets te
Aan
om maximaal tien pogingen te doen om de verbinding tot stand te brengen na een
Aan
om de namen en telefoonnummers te kiezen die zijn toegewezen aan de nummertoetsen 2 tot
Activeer
om het netwerk een melding te laten genereren als er een nieuwe oproep
Opties
Overdr.contact toev.
>
Connectiviteit
>
>
Serversynchr.
Menu
gestart, afhankelijk van de instellingen.
Instellingen
Connectiviteit
>
>
Zie 'Beveiliging', p. 30.
Zie 'Een oproep beantwoorden of weigeren', p. 13.
28
Telefoonsynchronisatie
>
Geg.overdracht
te selecteren. Vervolgens
of PC-synchronisatie.
Instellingen
Connectiviteit
>
>
modus." en maak een keuze uit de
USB-gegevenskabel
>
Menu
>
of
Opties
>
>
en de gewenste
Advertenties
Inhoudsopgave
