Inhoudsopgave
Advertenties
Aansluiten op de voeding
De bedrading (niet meegeleverd) van de voedingsbron naar de positieve pool van het Garmin Boat Switch
toestel moet zo dicht mogelijk bij de voedingsbron door een stroomonderbreker of interne zekering van 50
A (niet meegeleverd) lopen. U moet de positieve draad aansluiten op de zekering of stroomonderbreker. Het
aansluiten van het toestel op de voeding zonder een stroomonderbreker of interne zekering kan bij kortsluiting
in de kabel brand veroorzaken, wat kan leiden tot schade aan eigendommen en/of ernstig persoonlijk letsel.
• Als het toestel wordt gevoed door een batterij, gebruik dan een stroomonderbreker of zekering die geschikt
is om een kabel van de meter te beschermen die wordt gebruikt om het toestel op de batterij aan te
sluiten. Zie de ABYC-normen of uw lokale en regionale normen voor de vereiste waarde voor de zekering of
stroomonderbreker.
• Als het toestel wordt gevoed door een andere bron dan een batterij, gebruik dan een zekering of
stroomonderbreker van 50 A of de maximale stroom van de voedingsbron, afhankelijk van welke waarde
de laagste is.
Er wordt geen netsnoer meegeleverd met dit toestel. Voor de meeste installaties moet u een volledig vertinde
koperdraad met een dikte van 6 AWG en een isolatie voor 105 °C (221 °F) gebruiken om het toestel aan te
sluiten op de voeding en aarding. Bij lange kabels kunt u overwegen een draad met een grotere diameter (lagere
AWG-waarde) te gebruiken om het spanningsverlies tot een minimum te beperken. Het gebruik van een onjuiste
draaddikte voor de voedingskabel kan leiden tot schade aan het toestel, de bedrading en het vaartuig, en kan
ook persoonlijk letsel veroorzaken.
Raadpleeg ABYC of uw lokale en regionale normen om de maximale lengte en dikte van verlengkabels te
bepalen.
Het totale maximale uitgangsvermogen van het Garmin Boat Switch toestel is 50 A.
Het toestel wordt gevoed via twee M6-boutaansluitingen. U moet de voedings- en aardingsdraden
met watervaste ringaansluitingen (niet meegeleverd) op de boutaansluitingen aansluiten om een goede
stroomaansluiting te garanderen. Het aansluiten van blootliggende draden op de boutaansluitingen kan leiden
tot stroomverlies of kortsluiting.
1 Leid een watervaste, volledig vertinde koperdraad met een dikte van 6 AWG (niet meegeleverd) naar het
toestel en naar een aardingslocatie op de boot en selecteer een optie:
• Installeer een interne en geschikte zekering op de voedingsdraad, zo dicht mogelijk bij de voedingsbron.
• Zoek of installeer een stroomonderbreker, zo dicht mogelijk bij de voedingsbron, voor gebruik met de
voedingsdraad.
2 Installeer watervaste ringaansluitingen op zowel de voedings- als de aardingsdraden.
3 Til de bescherming op die de positieve pool bedekt.
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
LET OP
19
Advertenties
Inhoudsopgave
