4.1. Configuratie-instellingen
Gebruik hiervoor de Configuratie-instelling 2: Instellen
tijdsduur maximaalstand van de ventilatie-unit:
Opmerking
De instellingsmodus, voor zowel de configuratie-
instellingen als de gebruikersinstellingen, wordt pas
toegankelijk als de sensor op de ventilatie-unit is
aangemeld.
Om in de instellingsmodus voor de configuratie-
instellingen te komen dient u de sensor spanningsloos te
maken en weer onder spanning te brengen. Daarna dient
binnen 2 minuten , de touch-knop ingedrukt te houden
u,
totdat de status-led blauw oplicht.
Druk daarna de touch-knop minimaal 5 seconden in,
vervolgens kunt u deze loslaten na:
5 tot 7 seconden: aanmelden (indien van toepassing).
●
7 tot 9 seconden: Configuratie-instelling 1: Instellen
●
aantal woonlagen. Druk op de touch-knop totdat de
status-led blauw brandt en de Auto /Auto nachtstand
knippert. Door de touch-knop kort aan te raken:
-
keuze 1: Eén woonlaag.
-
keuze 2: Meerdere woonlagen (standaard).
Bevestig uw keuze door de touch-knop 5 sec. in te
drukken tot de status-led blauw knippert.
9 tot 11 seconden: Configuratie-instelling 2: Instellen
●
tijdsduur maximaalstand van de ventilatie-unit. Druk
op de touch-knop totdat de status-led blauw brandt,
de Auto / Auto nachtstand groen brandt en
Laagstand knippert. Door de touch-knop kort aan te
raken:
-
keuze 1: geen limiet.
-
keuze 2: 3 uur.
-
keuze 3: 6 uur.
-
keuze 4: 12 uur. (standaard)
27