Gebruik van de BEAT FX-functie
Met de BEAT FX-functie kunt u verscheidene effecten instellen volgens het
tempo (BPM = beats per minuut) van het huidige spelende muziekstuk.
Hoofdscherm
2
3
4
Effectnaam
Toont de naam van het geselecteerde effect.
1
Wanneer de BPM-meetstand in de automatische stand
AUTO (TAP)
staat, wordt [AUTO] weergegeven. In de handmatige
2
invoermodus wordt [TAP] weergegeven.
Toont de automatisch gedetecteerde BPM in de automa-
tische stand.
Aanduiding van
Als de BPM niet gedetecteerd kan worden, knippert de
de BPM-waarde
3
laatst gedetecteerde BPM-waarde.
(3 cijfers)
Toont de handmatig ingevoerde BPM-waarde in de hand-
matige invoerstand.
Toont het geselecteerde aantal beats.
Weergave
Toont parameters wanneer de [BEAT c, d]-toetsen wor-
4
beat-/instelling
den ingedrukt voor sommige effecten. Knippert wanneer
de ingestelde parametergrenzen worden overschreden.
Schermdeel
Toont het kanaal waarop het effect moet worden toege-
voor geselec-
past. Toont SP (SAMPLER), MIC, CH 1, CH 2, CH 3, CH 4
5
teerde kanaal
of MST (MASTER), afhankelijk van de selectie.
1 Druk op de [BEAT c]- of de [BEAT d]-toets terwijl je
de [SHIFT]-toets ingedrukt houdt.
Kies de BPM-metingsstand.
— [AUTO]: Druk op de [BEAT c]-toets terwijl u de [SHIFT]-toets
ingedrukt houdt.
De BPM wordt automatisch gemeten vanaf het
audio-ingangssignaal.
— [TAP]: Druk op de [BEAT c]-toets terwijl u de [SHIFT]-toets inge-
drukt houdt.
Voer de BPM handmatig in. Voor informatie over handmatige
invoer, zie Handmatig invoeren van het aantal BPM (p. 22 ).
! Het BPM-meetbereik voor de instelling [AUTO] is 70 tot 180. Voor som-
mige muziekstukken kan de BPM niet correct worden gemeten. Als de
BPM niet kan worden gemeten, knippert de BPM-waarde op het scherm.
Gebruik in dat geval de [TAP]-toets om de BPM handmatig in te voeren.
2 Draai aan de [BEAT FX SELECT]-regelaar.
Hiermee selecteert u het type effect.
! Voor informatie over de typen effecten, zie Soorten BEAT FX (p. 22 ).
3 Draai aan de [BEAT FX CH SELECT]-regelaar.
Selecteert het kanaal waarop het effect wordt toegepast.
— [SP]: Past het effect toe op het geluid van [SAMPLER] voor rekordbox.
— [MIC]: Past het effect toe op het geluid van het [MIC]-kanaal.
— [1] – [4]: Past het effect toe op het geluid van het corresponde-
rende kanaal.
— [MST]: Past het effect toe op het geluid van het [MASTER]-kanaal.
4 Druk op de toets [BEAT c, d].
Bepaal de beatfractie voor het synchroniseren van het effectgeluid.
De effecttijd die overeenkomt met de beat-fractie wordt automatisch ingesteld.
5 Druk op de [BEAT FX ON/OFF]-toets.
Het effect wordt toegepast op het geluid.
De kwantitatieve parameter van het effect is instelbaar door te draaien
aan de [BEAT FX LEVEL/DEPTH]-regelaar.
De [ON/OFF] toets knippert wanneer het effect wordt ingeschakeld.
! Druk opnieuw op de [ON/OFF]-toets om het effect uit te schakelen.
Handmatig invoeren van het aantal BPM
Houd de [SHIFT]-toets ingedrukt en tik met uw vinger
meer dan twee keer op de [BEAT d]-toets in het tempo
van de beat (kwartnoten) van het afgespeelde geluid.
De gemiddelde waarde van het interval waarmee op de [BEAT d]-toets
wordt getikt terwijl de [SHIFT]-toets ingedrukt is, wordt in het gedeelte
BPM (EFFECT) van het scherm getoond.
! Om terug te keren naar de AUTO-stand drukt u op de [BEAT c]-toets
terwijl u de [SHIFT]-toets ingedrukt houdt.
22
Nl
Soorten BEAT FX
LOW CUT ECHO
1
Een vertraagd geluid waarvan het lage frequentiebereik is verminderd
wordt meerdere keren uitgevoerd en geleidelijk verzwakt volgens de
beatfractie die is ingesteld met de [BEAT c, d]-toetsen.
5
! De kanaalfaders verlagen en het ingangsvolume afkappen produ-
ceert een echogeluid, voor fade-out.
BEAT c, d toetsen
LEVEL/DEPTH instelling
ECHO
Een vertraagd geluid wordt verschillende keren geleidelijk verzwakt
geproduceerd overeenkomstig de beatfractie die is ingesteld met de
[BEAT c, d] toetsen.
! De kanaalfaders verlagen en het ingangsvolume afkappen produ-
ceert een echogeluid, voor fade-out.
BEAT c, d toetsen
LEVEL/DEPTH instelling
MULTI TAP DELAY
Een vertraagd geluid wordt maximaal 7 keer uitgevoerd in 1/8
beatintervallen volgens de beatfractie die is ingesteld met de
[BEAT c, d]-toetsen.
! De kanaalfaders verlagen en het ingangsvolume afkappen produ-
ceert een vertraagd geluid.
MIN
MAX
MIN
MAX
MIN
MAX
LEVEL/DEPTH
BEAT c, d toetsen
LEVEL/DEPTH instelling
1
Inkomend geluid
weggedraaid
1 beat
Stelt de vertraging in tussen 1/16 en 16 beats ten
opzichte van 1 beat van BPM-tijd.
Gebruik deze om de balans te regelen van het oor-
spronkelijke geluid en het echogeluid.
1
Inkomend geluid
weggedraaid
1 beat
Stelt de vertraging in tussen 1/16 en 16 beats ten
opzichte van 1 beat van BPM-tijd.
Gebruik deze om de balans te regelen van het oor-
spronkelijke geluid en het echogeluid.
1
1/1 beat
1/4 beat
1/8 beat
Stelt de effecttijd in tussen 1/16 en 16 beats ten
opzichte van 1 beat van BPM-tijd.
Stelt het volume in op een vertraging met een
oneven aantal vanaf de [MIN]-positie tot de midden-
positie, en met een vertraging met een even aantal
vanaf de middenpositie tot de [MAX]-positie.
Uitfaden
Tijd
Uitfaden
Tijd
Tijd