Achterpaneel
1
1 Kensington-beveiligingsgleuf
2 MASTER 1 uitgangsaansluiting
Sluit een luidspreker met eigen voeding, een eindversterker enz. aan.
! Compatibel met XLR-type gebalanceerde uitgangen.
U moet deze gebruiken als gebalanceerde
uitgangsaansluitingen.
! Wees voorzichtig dat u niet per ongeluk het stroomsnoer
van een ander toestel aansluit.
! Maak niet de aansluiting die fantoomvoeding kan geven.
3 MASTER 2 uitgangsaansluiting
Sluit een luidspreker met eigen voeding, een eindversterker enz. aan.
! Compatibel met RCA tulpstekkertype ongebalanceerde
uitgangen.
4 BOOTH-uitgangsaansluiting
Uitgangsaansluitingen voor een booth-monitor.
! Compatibel met TRS-type gebalanceerde uitgangen.
U moet deze gebruiken als gebalanceerde
uitgangsaansluitingen.
! Het geluid van het masterkanaal kan worden uitgevoerd via de
[BOOTH]-aansluitingen ongeacht het audioniveau dat is inge-
steld voor het masterkanaal.
Het geluidsniveau kan worden ingesteld met de
[BOOTH MONITOR LEVEL]-regelaar.
5 SIGNAL GND aansluiting
Aansluiting voor aardingsdraad van een analoge speler om de
ruis te verminderen die optreedt wanneer een analoge speler is
aangesloten.
6 LINE/PHONO-schakelaar
De ingangsbron selecteren voor elk kanaal uit de componenten die
op dit toestel zijn aangesloten.
! [LINE]: Gebruikt een uitgangsapparaat (DJ-speler,
enz.) op lijnniveau dat is aangesloten op de [LINE/
PHONO]-ingangsaansluitingen.
! [PHONO]: Gebruikt een uitgangsapparaat (analoge speler, enz.)
op phononiveau (voor MM-elementen) dat is aangesloten op de
[LINE/PHONO]-ingangsaansluitingen.
7 Ingangsaansluitingen LINE/PHONO
Sluit een uitgangsapparaat (analoge speler, enz.) op phononiveau
(voor MM-element) aan of een uitgangsapparaat (DJ-speler, enz.) op
lijnniveau. Zet de ingangsbron met de [LINE/PHONO]-schakelaar op
het achterpaneel van dit toestel op de juiste stand voor het aangeslo-
ten apparaat.
! Zet eerst de keuzeschakelaar [USB A, PHONO/LINE, USB B] op
het toestel op [PHONO/LINE].
8 Ingangsaansluitingen LINE
Sluit hierop een DJ-speler of ander apparaat met een gewone lijnuit-
gang aan.
! Zet eerst de keuzeschakelaar [USB A, LINE, USB B] op het toestel
op [LINE].
9 USB-aansluitingen (USB B)
Voor aansluiten van een computer.
! Gebruik de USB-kabel die met dit toestel wordt meegeleverd
of een USB-kabel die voldoet aan USB 2.0 om dit toestel recht-
streeks op een computer aan te sluiten.
! Gebruik geen USB-hub.
10
Nl
2
3
4
5
6
7
8
7
6
a USB-aansluitingen (USB A)
Voor aansluiten van een computer.
! Gebruik de USB-kabel die met dit toestel wordt meegeleverd
of een USB-kabel die voldoet aan USB 2.0 om dit toestel recht-
streeks op een computer aan te sluiten.
! Gebruik geen USB-hub.
b Ingangsaansluitingen MIC2
Aansluiting voor een microfoon.
! Alleen telefoonstekkers (Ø 6,3 mm) kunnen worden gebruikt.
c Ingangsaansluitingen MIC1
Aansluiting voor een microfoon.
! Er kan hetzij een XLR-aansluiting of een klinkstekker of pho-
no-aansluiting (Ø 6,3 mm) worden gebruikt.
d u-schakelaar
Zet dit toestel aan of zet dit toestel in de stand-bystand.
e DC IN-aansluiting
Verbind deze met een stopcontact met behulp van de meegeleverde
netstroomadapter (bevestigd aan het meegeleverde stroomsnoer).
! Sluit de netstroomadapter aan nadat alle aansluitingen tussen
de apparatuur zijn gemaakt.
! Gebruik de meegeleverde netstroomadapter.
f Snoerhaak DC
Haak voor het snoer van de netstroomadapter.
! Als de netstroomadapter tijdens het afspelen ontkoppeld raakt,
wordt het geluid onderbroken.
9
a
b
c
d
e