Het minisysteem installeren
NL
Houd u aan de volgende richtlijnen bij de installatie en aansluiting van het
minisysteem.
Plaats het systeem op een vlakke, stabiele ondergrond.
Plaats de apparatuur nooit op een tapijtvloer.
Gebruik dit apparaat nooit in de buitenlucht.
Zorg ervoor dat er minimaal 15 cm ruimte vrij is aan de zijkanten en
achterkant van het systeem, ten behoeve van de ventilatie.
Zorg voor voldoende ruimte om het CD-compartiment te kunnen openen.
Plaats de luidsprekers op redelijke afstand aan weerszijden van het
systeem.
Richt de luidsprekers op het midden van de kamer.
Installeer, voor een zo goed mogelijk resultaat, beide luidsprekers op
gelijke hoogte.
Minisysteem op de netvoeding
aansluiten
Voordat u het systeem aansluit op een wandcontactdoos moet u het
voltage controleren.
1
Sluit het netsnoer aan op een daarvoor geschikt stopcontact.
2
ruk op de knop
.
6
(STANDBY/ON) om het minisysteem aan te zetten.
De batterijen in de
afstandsbediening plaatsen
De batterijen moeten in de afstandsbediening worden geplaatst of
worden vervangen:
Bij aanschaf van het minisysteem.
Als de afstandsbediening niet meer goed werkt.
Tijdens het vervangen van de batterijen moet u alle batterijen tegelijk
vervangen. Tevens mag u nooit een combinatie van alkaline- en
mangaanbatterijen gebruiken.
Plaats uw duim op de positie die met
1
batterijvak (onderzijde afstandsbediening) staat aangegeven en duw
de afdekplaat in de richting van de pijl.
Plaats twee AAA, LR03 of soortgelijke batterijen in het vak en zorg
2
ervoor dat de juiste polariteit wordt aangehouden:
+ op de batterij gelijk met + in het batterijvakje.
– op de batterij gelijk met - in het batterijvakje.
3
Schuif het afdekplaatje terug tot het in de juiste positie klikt.
Wanneer u de afstandsbediening een langere tijd niet gebruikt,
◆
dient u de batterijen te verwijderen om roest te voorkomen.
De afstandsbediening heeft een bereik van circa 7 meter in een
◆
rechte lijn. De afstandsbediening kan ook worden gebruikt in een
horizontale hoek van maximaal 30° ten opzichte van de sensor van
de afstandsbediening.
De luidsprekers aansluiten
De aansluitingen voor de luidsprekerconnector bevinden zich op de
achterkant van het systeem.
Er zijn twee aansluitingen op het systeem:
voor de linkerluidspreker (L)
voor de rechterluidspreker (R)
Voor de juiste geluidskwaliteit dient u deze kabels voor de luidsprekerconnector in de
aansluitingen voor de luidsprekerconnector op het systeem te plaatsen.
MAX-G55
L
R
MAX-G56
L
R
op de afdekplaat van het
SPEAKERS OUT
IMPEDANCE 4
L
FRONT
R
FRONT
SPEAKERS OUT
SW
IMPEDANCE 4
L
FRONT
SUB WOOFER
R
FRONT