1. Lijn de schroefgaten op de systeemkaarteenheid uit met de schroefgaten op de palmsteuneenheid.
2. Plaats de vier schroeven (M2x4) terug waarmee de systeemkaarteenheid aan de palmsteuneenheid is bevestigd.
3. Bevestig de tape en sluit de touchscreenkabel aan op de systeemkaarteenheid indien van toepassing.
4. Plaats de tape waarmee de touchscreenkabel aan de systeemkaarteenheid wordt bevestigd indien van toepassing.
5. Schuif de kabel van de vingerafdruklezer (optioneel) in de connector op de systeemkaarteenheid en sluit de vergrendeling om de kabel
vast te zetten.
6. Bevestig de tape waarmee de kabel van de vingerafdruklezer wordt bevestigd (optioneel).
7. Schuif de kabel van de toetsenbordcontrolekaart en de touchpadkabel in de connectoren op de systeemkaart en sluit de
vergrendelingen om de kabels te bevestigen.
8. Sluit de kabel van de voedingsadapter en de luidspreker aan op de systeemkaarteenheid.
Vereisten achteraf
1. Plaats de
geheugenmodules
2. Plaats de
warmteafleider
3. Plaats de
ventilatoren
terug.
4. Plaats de
solid-state schijf (halve lengte)
5. Volg de procedure in de stappen 3 t/m 6 onder
6. Plaats de
draadloze kaart
7. Plaats de
batterij (halve lengte)
8. Plaats de
onderplaat
terug.
48
De moederbordeenheid terugplaatsen
terug.
terug.
of de
solid-state schijf (volledige lengte)
"De harde schijf
terug.
of de
batterij (volledige lengte)
terug.
terugplaatsen".
terug.