10 Onderhoud; Algemeen; Standaard Inspectie- En Onderhoudswerkzaamheden; Voorbereiding - REMEHA Gas 310 ECO PRO Installatie- En Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor Gas 310 ECO PRO:
- Installatie- en gebruikershandleiding (84 pagina's) ,
- Installatie-, gebruikers en servicehandleiding (81 pagina's) ,
- Montagehandleiding (30 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
10 Onderhoud
10.1
Algemeen
10.2
Standaard inspectie- en onderhoudswerkzaamheden
125468 - v.09 - 10012018
De gietaluminium/silicium warmtewisselaar vormt het hart van de ketel. In
combinatie met de speciale geometrische vorm, blijft de rookgaszijdige
verontreiniging beperkt. Desondanks adviseren wij om de rookgaszijde
van de warmtewisselaar grondig te reinigen tijdens de jaarlijkse inspectie-
en onderhoudsbeurt.
Opgelet
Onderhoudswerkzaamheden moeten door een erkend installa
teur worden uitgevoerd.
Vervang bij inspectie- of onderhoudswerkzaamheden altijd alle
pakkingen van de gedemonteerde onderdelen.
Vervang de defecte of versleten onderdelen door originele re
serveonderdelen.
Belangrijk
Pas de frequentie van inspectie en onderhoud aan naar de ge
bruiksomstandigheden. Dit geldt vooral bij ketels die ingezet wor
den voor continubedrijf (bij bepaalde processen).
Belangrijk
Voor de werkzaamheden aan de ketel Gas 610 ECO PRO: De be
schreven eigenschappen en instructies gelden per ketelmodule.
Waarschuwing
Draag tijdens reinigingswerkzaamheden (met perslucht) altijd een
veiligheidsbril en stofmasker.
Verricht bij een onderhoudsbeurt altijd de hierna volgende standaard in
spectie- en onderhoudswerkzaamheden.
Opgelet
Controleer of alle pakkingen goed geplaatst zijn (mooi vlak in de
daarvoor bestemde groef betekent gasdicht).
Tijdens de inspectie- en onderhoudswerkzaamheden mag water
(druppels, spatten) nooit in contact komen met de elektrische
onderdelen.
10.2.1
Voorbereiding
Voorbereiding voordat met de inspectie- en onderhoudswerkzaamheden
begonnen wordt:
1. Stook de ketel eerst ongeveer 5 minuten hoog (retourtemperatuur
65 ºC) om de warmtewisselaar rookgaszijdig te drogen.
10.2.2
Controle van de waterdruk
1. Controleer de waterdruk. Bij een waterdruk lager dan 0,8 bar ver
schijnt het symbool
2. Indien nodig: vul de CV-installatie bij.
Voor meer informatie, zie
Vullen van de installatie, pagina 51
(alleen met aangesloten waterdruksensor).
10 Onderhoud
61
Advertenties
Inhoudsopgave
