Om dit toestel te gebruiken door het te verbinden met een thuisnetwerk (LAN), moet u de netwerkinstellingen configureren. Als u uw thuisnetwerk instelt
via DHCP, stelt u "DHCP" in op Aan (gebruik de standaardinstelling). Hierdoor kan dit toestel uw thuisnetwerk gebruiken.
Als u een IP-adres toewijst voor elk apparaat, moet u de instelling "IP Address" gebruiken om een IP-adres toe te wijzen aan dit toestel en de informatie
over uw thuisnetwerk, zoals het gateway-adres en het subnetmasker, invoeren.
Netwerk Informatie
Toon netwerkinformatie.
Friendly Name / DHCPAan of Uit / IP Address / MAC Address /
SSID
z
z Dit wordt alleen weergegeven terwijl een Wifi-verbinding is ingeschakeld.
Voorpaneel
Achterpaneel
Weergave
Instellingen
Netwerk controle
Hiermee is de netwerkcommunicatie mogelijk in stand-bymodus.
Aan:
Uit (Standaard):
Stel dit in op "Aan" als u de webbeheerfunctie of een netwerkcompatibele controller
gebruikt.
OPMERKING
0 Wanneer "Netwerk controle" is ingesteld op "Aan", verbruikt het toestel meer