Di x ell
Di x ell
Di x ell
Di x ell
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
6.
DIGITALE INGANGEN
The Wing series kunnen tot 2 digitale ingangen verdragen (spanningsloze). Eén ervan is altijd gebruikt als
deurschakelaar, de andere is programmeerbaar in 7 verschillende configuraties door de "I2F" parameter.
6.1
DEURINGANG
Het geeft de toestand aan van de deur en van de corresponderende relais uitgang via de "odc" parameter:
no = normaal;
Fan = normaal;
CPr = Compressor UIT;
F_C = Compressor UIT.
Na een vertraging (ingesteld via "dOA") zal de alarmuitgang geactiveerd worden en de boodschap "dA" op
het scherm komen als de deur openstaat. Het alarm stopt zodra de externe digitale ingang niet meer
geactiveerd is. De alarmen voor hoge en lage temperatuur zijn uitgeschakeld zolang de deur openstaat en
ook gedurende de vertraging "dot" na het sluiten van de deur.
6.2
CONFIGUREERBARE INGANG - GENERIC ALARM (EAL)
Van het ogenblik dat de digitale ingang is geactiveerd, zal de eenheid wachten op de "did" vertraging
alvorens het "EAL" alarmbericht te signaleren. De toestand van de uitgang verandert niet. Het alarm stopt
juist nadat de digitale ingang is gedeactiveerd.
6.3
CONFIGUREERBARE INGANG - ERNSTIGE ALARM MODE (BAL)
Wanneer de digitale ingang is geactiveerd, zal de eenheid wachten op de "did" vertraging alvorens het
"BAL" alarmbericht te signaleren. De relaisuitgangen zijn uitgeschakeld. Het alarm zal stoppen vanaf het
ogenblik dat de digitale ingang is gedeactiveerd.
6.4
CONFIGUREERBARE INGANG – DRUKSCHAKELAAR (PAL)
Als gedurende de intervaltijd vastgelegd door de "did" parameter, de drukschakelaar het aantal activaties
heeft bereikt van de "nPS" parameter, zal het "PAL" drukalarm worden afgebeeld. De compressor en de
regulatie zijn gestopt.. Wanneer de digitale ingang ingeschakeld is, is de compressor altijd uitgeschakeld.
6.5
CONFIGUREERBARE INGANG – BEGIN ONTDOOIING (DFR)
Het voert een ontdooiing uit als de voorwaarden vervult zijn. Nadat het ontdooien is voltooid, zal de normale
regulatie herbeginnen maar enkel als de digitale ingang uitgeschakeld is, anders zal het toestel wachten tot
de "Mdf" veiligheidstijd is verstreken.
6.6
CONFIGUREERBARE INGANG – ENERGIE BESPAREND (ES)
De Energiebesparingsfunctie laat ons toe de waarde van het setpunt te veranderen als gevolg van: SET+
HES (parameter). Deze functie is enkel actief zolang de digitale ingang is geactiveerd.
6.7
CONFIGUREERBARE INGANG - AFBEELDING OP AFSTAND ON/OFF (ONF)
Deze functie laat ons toe het toestel AAN en UIT te schakelen.
6.8
DIGITALE INGANGSPOLARITEIT
De digitale ingangspolariteit steunt op de parameters "I1P" en "I2P"
CL : de digitale ingang is geactiveerd door het contact te sluiten.
OP : de digitale ingang is geactiveerd door het contact te openen.
7. INSTALLATIE EN VERBINDINGEN
Toetsenbord T620 zal gebouwd worden op een verticaal paneel met opening 150x31 mm, en bevestigd met
∅
twee beugels met
3 x 2mm. Om een IP65 protectie graad te verkrijgen gebruikt u best het rubberen
voorpaneel (mod. RG-L). De stroommodule XW220K zal gebouwd worden in een paneel met twee of mee
schroeven en het moet verbonden worden met het toetsenbord door een dubbele kabel (∅ 1mm). De best
aanbevolen temperatuur voor een correcte werking is 0 - 60 °C. Vermijd plaatsen waar het toestel
onderhevig is aan sterke trillingen, corrosieve gassen, veel vuil of hoge vochtigheid. Hetzelfde geldt voor het
gebruik van de sondes. Laat luchtcirculatie toe via de openingen in de regelaar.
T620 CUT OUT
Ø3 x2
7.1
MONTAGE WAARBIJ HET VOORPANEEL VAN HET TOETSENBORD NEERWAARTS OPENT
2 2 2 2
CLICK!
1 1 1 1
XW220K.doc
+1
165
-1
+0.5
150
-0
1 1 1 1
3 3 3 3
2 2 2 2
3 3 3 3
1 1 1 1
rel.1.1 – – – – 27/11/2000
rel.1.1
rel.1.1
rel.1.1
7.2
MONTAGE WAARBIJ HET VOORPANEEL VAN HET TOETSENBORD OPWAARTS OPENT
1 1 1 1
2 2 2 2
CLICK!
8.
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
XW220K wordt geleverd met een schroefklemmenblok voor kabels tot 2,5 mm² voor de RS485(optioneel) en
het toetsenbord.Om andere ingangen , stroomtoevoer of relais te verbinden, is de XW220K voorzien van
Faston verbindingen (6,3mm). Hittebestendige kabels moeten gebruikt worden. Alvorens de kabels te
verbindingen moet je zeker zijn dat de stroomtoevoer voldoet aan de eisen van het toestel. Zonder de
sondekabels af van de stroomtoevoerkabels, van de uitgangen en van de stroomaansluitingen. Overschrijd
de maximum toegelaten stroom bij elke relais niet. Bij zwaardere belastingen dient een extern relais gebruikt
te worden.
N.B. Maximale toegelaten stroom voor alle ladingen is 20A.
8.1
AANSLUITING SONDES
De sondes moeten gemonteerd worden met de kop omhoog om het binnendringen van vocht in de sonde te
vermijden.Het is aangeraden om de thermostaatsonde niet in luchtstroom te plaatsen om een correct beeld
van de gemiddelde ruimtetemperatuur te kunnen meten.
9.
TTL/RS485 SERIAL LINE
De TTL connector laat toe, door middel van de externe module TTL/RS485 (XJ485), de eenheid te
verbinden met een netwerkreeks ModBUS-RTU compatibel met het dIXEL systeem XJ500 (Version 3.0).
Dezelfde TTL connector wordt gebruikt voor het uploaden en downloaden van de parameterlijst van de "HOT
KEY". De toestellen kunnen besteld worden met de seriële uitgang RS485(Optioneel).
10. GEBRUIK VAN DE PROGRAMMATIE "HOT KEY "
The Wing eenheden kunnen de parameterlijst UPLOADEN of DOWNLOADEN van hun eigen E2 intern
geheugen naar de "Hot Key" en vice-versa.
10.1
DOWNLOAD (VAN DE "HOT KEY" NAAR HET TOESTEL)
1.
Schakel het toestel uit door middel van de ON/OFF toets, verwijder de TTL seriekabel als die er is,
voeg de "Hot Key" in en schakel de Wing dan uit.
2.
Automatisch wordt de parameterlijst van de "Hot Key" gedownload naar het Winggeheugen, het
"DoL" bericht knippert. Na 10sec zal het toestel heropstarten met de nieuwe parameters.
3.
Schakel het toestel UIT, verwijder de Hot Key", steek de TTL seriële kabel terug in en schakel het
toestel dan terug AAN.
Op het einde van de gegevensoverdrachtsfase toont het toestel de volgende berichten:
"end " voor juiste programmering. Het toestel begint regelmatig met de nieuwe programmering.
"err" voor foute programmering. In dit geval, schakel de eenheid uit en dan terug aan als u het downloaden
terug wilt starten of verwijder de "Hot key" om de bewerking te onderbreken.
10.2
UPLOAD (VAN HET TOESTEL NAAR DE "HOT KEY")
1.
Schakel het toestel uit door middel van de ON/OFF toets en verwijder de TTL seriekabel als die er is;
schakel dan het toestel terug aan.
Als de Wing eenheid AAN is, voeg de "Hot key" in en druk op de
2.
verschijnt.
3.
Druk de "SET" toets om met het UPLOADEN te beginnen; het "uPL" bericht knippert.
4.
Schakel het toestel uit, verwijder de "Hot Key", steek de TTL seriële kabel terug in en schakel dan
het toestel terug AAN.
Op het einde van de gegevensoverdrachtsfase toont het toestel de volgende berichten:
"end "voor juiste programmering.
"err" voor foute programmering. In dit geval druk de"SET" toets in als u programmering wilt
herbeginnen of verwijder de niet –geprogrammeerde "Hot key".
11. ALARMSIGNALEN
Label
Oorzaak
"P1"
Thermostaatsondebreuk
"P3"
Auxiliairesonde fout
"HA"
Maximum temperatuur
alarm
"LA"
Minimum temperatuur
alarm
"EE"
Data of geheugen storing Alarm uitgang ON; Andere uitgangen
"dA"
Ontdooi timeout alarm
"EAL"
Extern alarm
"BAL"
Ernstig extern alarm
"PAL"
Drukschakelaar alarm
Het alarmbericht wordt afgebeeld tot de alarmtoestand terug normaal is.
Alle alarmberichten worden getoond alternerend met de ruimtetemperatuur behalve de "P1" die knippert op
het scherm.
"EE" kan gewist worden door op een toets te drukken. Daardoor zal het "rSt" bericht gedurende 3s op het
scherm verschijnen. Daarna zal het toestel terug normaal werken.
XW220K
XW220K
XW220K
XW220K
27/11/2000 - - - - cod
27/11/2000
27/11/2000
cod
cod
cod. . . . 1592009500
2 2 2 2
3 3 3 3
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
1 1 1 1
è
toets; het "uPL" bericht
Uitgangen
Alarm uitgang ON; Compressor uitgang
volgens de parameters "COn" en "COF"
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen
ongewijzigd
Alarm uitgang
ON; Andere uitgangen
ongewijzigd
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen
ongewijzigd
ongewijzigd
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen
ongewijzigd
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen
ongewijzigd
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen OFF
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen OFF
3/4