DISPLAY Setup
(scherminstelling)
Display Setup (scherminstelling)
uitvoeren
De handrem moet ingeschakeld zijn om toegang te krijgen tot het
DISPLAY-modusscherm. Als u tijdens het rijden dit scherm tracht
te openen, wordt de waarschuwing CAN'T OPERATE WHILE
DRIVING (geen bediening tijdens het rijden) weergegeven.
De volgende stappen 1 tot 4 zijn gangbare verrichtingen voor
elk "instellingsitem" van DISPLAY Setup (scherminstelling).
Raadpleeg elke sectie voor meer informatie.
1
Raak [SETUP] (instelling) aan op het
hoofdbronscherm.
Het selectiescherm SETUP (instelling) wordt weergegeven.
2
Raak [
] aan van DISPLAY SETUP
(scherminstelling).
Het scherm DISPLAY setup (scherminstelling) verschijnt.
3
Raak [ ] of [ ] enz. aan van het gewenste item om
de instelling te wijzigen.
Instellingsitems:
1
1
TILT
*
/ OPEN/CLOSE
*
DIMMER LOW LEVEL / BACKGROUND /
AUTO BACKGROUND / DATA DOWNLOAD
SCREEN ALIGNMENT
1
*
Deze functies kunnen worden gewijzigd tijdens het rijden.
2
*
Raadpleeg "De BACKGROUND-gegevens (achtergrond)
downloaden" (pagina 43).
4
Druk op [RETURN] (terugkeren) om terug te keren
naar het vorige scherm.
• Zet de contactsleutel niet op OFF onmiddellijk na het wijzigen van
de instelling van de Display (scherm)-modus (terwijl het systeem
automatisch gegevens schrijft).
Anders zijn de instellingen mogelijk niet gewijzigd.
De monitorhoek aanpassen
Pas de hoek van de monitor aan (tussen 40 en 105 graden) voor
maximale zichtbaarheid.
Instellingsitem: TILT
Instellingsbereik: 10 aanpasbare hoeken zijn beschikbaar.
• Als de monitor een obstakel raakt, verwijdert u het obstakel.
• De schermkleur zal verschillen in bepaalde hoeken. Wijzig de
schermhoek voor de beste kijkhoek.
• Als het voltage van de accu van het voertuig laag is, kan het scherm
knipperen als de schermhoek gewijzigd wordt. Dit duidt niet op een
storing.
40
-NL
/ VISUAL EQ / DIMMER /
2
*
/ BASE COLOR /
Het automatisch openen/sluiten van de
monitor instellen
Instellingsitem: OPEN / CLOSE
Inhoud instelling: MANUAL / FULL / CLOSE
MANUAL: De monitor wordt handmatig geopend of gesloten
door op OPEN te drukken.
FULL:
De monitor opent of sluit automatisch als de
contactsleutel in de "ACC" of "ON/OFF"-stand wordt
gezet.
CLOSE:
De monitor sluit automatisch als de contactsleutel op
OFF staat.
De helderheid van de
achtergrondverlichting instellen
Achtergrondverlichting is voorzien door een fluorescerend licht dat in
het lcd-paneel (liquid crystal panel) is ingebouwd. De
verlichtingsregelaar regelt de helderheid van de achtergrondverlichting
op basis van het omgevingslicht in de wagen voor betere zichtbaarheid.
Instellingsitem: DIMMER
Inhoud instelling: OFF / ON / AUTO
OFF:
Deactiveer de modus Auto Dimmer om de
achtergrondverlichting van de monitor helder te
houden.
ON:
Houd de achtergrondverlichting van de monitor donker.
AUTO: Wijzig de helderheid van de achtergrondverlichting van
de monitor automatisch volgens de helderheid van de
binnenkant van de auto.
• As ON of AUTO is ingesteld, wordt de instelling ook toegepast op de
knopverlichting in "De dimmer van knopverlichting's nachts
aanpassen" (pagina 36).
Het minimumniveau van
achtergrondverlichting wijzigen
U kunt de helderheid van de achtergrondverlichting wijzigen (LOW).
Deze functie kan bijvoorbeeld gebruikt worden om de
schermhelderheid te wijzigen bij nachtelijke ritten.
Instellingsitem: DIMMER LOW LEVEL
Inhoud instelling: –15 tot +15
U kunt het niveau wijzigen tussen –15 en +15.
Achtergrondtexturen wijzigen
U kunt kiezen uit een aantal achtergrondtexturen.
Instellingsitem: BACKGROUND
Inhoud instelling: MODE1 / MODE2
• Deze handeling kan uitgevoerd worden nadat de disc uit het toestel is
verwijderd of wanneer de weergave van de disc is gestopt.
• Achtergronden gedownload van "De BACKGROUND-gegevens
(achtergrond) downloaden" (pagina 43) worden opgeroepen.
• Als u een andere bron selecteert dan de ingebouwde disc van dit
toestel en de ingebouwde disc is geselecteerd op de achterste monitor
die aangesloten is op het toestel, kunnen achtergrondtexturen niet op
het toestel worden weergegeven.
• Als een foutmelding wordt weergegeven (ERROR (fout), enz.),
kunnen achtergrondtexturen die door deze instelling zijn geselecteerd
niet op dit toestel worden weergegeven.