Door uw scooter op de juiste wijze te gebruiken, onderhouden en repareren, zullen mogelijke risico's worden beperkt en kunt u van de best mogelijke prestaties genieten. Bij de geautoriseerde servicepunten van Nipponia zullen onze mensen u graag van dienst zijn bij het bieden van meer gedetailleerde instructies.
• Indien u vragen heeft over de inhoud van deze handleiding of verdere informatie nodig heeft over de werking van uw scooter, aarzel dan niet om contact op te nemen met uw plaatselijke Nipponia-dealer. • Dit boekje is samengesteld met de meest recente beschikbare informatie. Vanwege voortdurende verbeteringen kan het zijn dat er aanpassingen of wijzigingen zijn aangebracht zonder voorafgaande kennisgeving.
Pagina 5
BELANGRIJKE HANDLEIDINGINFORMATIE Dealerlabel (stempel) hier...
INHOUDSOPGAVE INLEIDING……………………....Checklist vóór ingebruikname....Voertuigidentificatienummer (VIN)..BELANGRIJKE De motor starten……....... GARANTIE-INFORMATIE....HANDLEIDINGINFORMATIE....INHOUDSOPGAVE........Versnellen…………………....... ONDERHOUDSSCHEMA....VEILIGHEIDSINFORMATIE....SERVICEPLAN........Remmen........... BESCHRIJVING VAN HET VOERTUIG.. Parkeren........... AANSLUITSCHEMA......PERIODIEK ONDERHOUD EN Zijaanzicht..........RUIMTE VOOR AANTEKENINGEN..KLEINSCHALIGE REPARATIES.... Bediening en instrumenten....... Banden............HOOFDONDERDELEN......Bandenslijtage.......... Hoofdschakelaar / stuurslot......
VEILIGHEIDSINFORMATIE Veilig rijden 1. Voer altijd de voorafgaande controle uit voordat u de weg opgaat. 2. De scooter mag niet worden gebruikt door personen zonder geldig rijbewijs. 3. Er vinden veel ongelukken plaats doordat motorfietsen niet worden gezien door andere weggebruikers, neem daarom de volgende regels in acht: Draag felle kleding.
VEILIGHEIDSINFORMATIE 2. Draag geen losse kleding, aangezien die kan blijven hangen achter de handgrepen, kickstarter of wielen en zo ongelukken kan veroorzaken. Voertuigaanpassingen Het maken van aanpassingen aan de scooter of het vervangen van de originele onderdelen kan van invloed zijn op de prestaties en veiligheid en/of de scooter illegaal maken voor gebruik.
Pagina 9
Accessoires Bij het aanbrengen van accessoires die niet door Nipponia zijn goedgekeurd, dient er te worden gelet op de volgende punten: 1. Het aanbrengen van de accessoires mag de veerweg, de positie van het licht en de stuurhoek niet beïnvloeden.
HOOFDONDERDELEN HOOFDSCHAKELAAR / STUURSLOT De hoofdschakelaar/het stuurslot is het contactslot, bedient de verlichting en wordt ook gebruikt om het stuurwiel te vergrendelen. De schakelaar kan naar de volgende standen worden gedraaid: ON (AAN) Alle elektrische circuits worden van energie voorzien en de motor is actief. De sleutel kan niet worden verwijderd.
HOOFDONDERDELEN WAARSCHUWING Draai de sleutel nooit naar de OFF- (UIT) of LOCK-stand (SLOT) terwijl het voertuig in beweging is, omdat het elektrische systeem dan wordt uitgeschakeld, waardoor u de controle over het voertuig kunt verliezen en een ongeluk kunt veroorzaken. Zorg ervoor dat het voertuig stilstaat voordat u de sleutel draait.
HOOFDONDERDELEN Snelheidsmeter (6) en kilometerteller (4) De dashboard unit is uitgerust met een snelheidsmeter en kilometerteller. De snelheidsmeter toont hoe snel u rijdt. De kilometerteller toont de totale afgelegde afstand en de ritafstand wordt gereset wanneer de hoofdschakelaar wordt uitgeschakeld. Indicatielampje snelheidslimiet (5) Geeft de snelheidslimietmodus aan voor respectievelijk 25 km/u (modus 1) of 45 km/u (modus 2).
HOOFDONDERDELEN SCHAKELAARS OP STUUR - LINKS 1. Schakelaar grootlicht/dimlicht 2. Schakelaar richtingaanwijzers 3. Claxon Schakelaar grootlicht/dimlicht (1) Zet de schakelaar naar boven voor het grootlicht. Zet de schakelaar naar beneden voor het dimlicht. Schakelaar richtingaanwijzer (2) Duw deze schakelaar naar om aan te geven dat u linksaf slaat of naar wanneer u rechtsaf slaat.
HOOFDONDERDELEN SCHAKELAARS OP STUUR - RECHTS 1. Schakelaar snelheidslimiet (ECO/FAST) 2. Lichtschakelaar 3. Knop voor cruisecontrol Schakelaar snelheidslimiet (ECO/FAST) (1) Als u de schakelaar op “ECO” zet, zal de maximumsnelheid van het voertuig tot 38 km/u worden gelimiteerd. Als u de schakelaar op “FAST” zet, zal de maximumsnelheid van het voertuig 45 km/u zijn.
HOOFDONDERDELEN WAARSCHUWING • Activeer de cruisecontrol niet in druk verkeer of bij slechte weersomstandigheden. • Activeer de cruisecontrol niet wanneer u een helling op- of afrijdt. HENDEL VOORREM De hendel voor de voorrem bevindt zich op de rechter handgreep. Om de voorrem te gebruiken, knijpt u deze hendel in richting de handgreep. HENDEL ACHTERREM De hendel voor de achterrem bevindt zich op de linker handgreep.
HOOFDONDERDELEN Om de achterrem te gebruiken, knijpt u deze hendel in richting de handgreep. ZADEL Om het zadel open te maken, zet u het voertuig op de zijstandaard of op de centrale standaard. Draai vervolgens de sleutel een kwartslag naar links. LET OP Druk de knop niet in terwijl u de sleutel draait.
HOOFDONDERDELEN LET OP Wanneer u het zadel te krachtig sluit, kunnen onderdelen beschadigd raken. Zorg er altijd voor dat het zadel veilig is vergrendeld voordat u gaat rijden of het voertuig achterlaat. STROOMSCHAKELAAR EN HULPSCHAKELAAR De stroomschakelaar (1) bevindt zich in de bagageruimte van uw voertuig.
Pagina 21
HOOFDONDERDELEN Als u de hoofdbatterij (verticale opstelling) wilt activeren, zorg er dan voor dat de schakelaar “A” in de AAN-stand staat. Schakelaar “B” wordt dan automatisch in de UIT-stand gezet, zie foto (1). De hulpschakelaar moet in stand “A” worden gedraaid.
HOOFDONDERDELEN OPLADER EN LAADPUNT U ontvangt ook een oplader bij het voertuig om de accu van het voertuig op te laden. Als de accupeilmeter op de dashboard unit onder de twee streepjes komt, laad dan het voertuig zo snel mogelijk op. Het laadpunt (2) bevindt zich aan de voorzijde van het zadel en is rechtstreeks verbonden met de accu (hoofdaccu of optionele accu, afhankelijk van de locatie van de netschakelaar.
HOOFDONDERDELEN BAGAGEBOX De bagagebox (1) bevindt zich onder het zadel. Het maximale laadvermogen ervan is 5 kg. In de bagagebox bevindt zich een combinatieschakelaar (2) met een ledlampje en een USB-ingang. Om het lampje aan te zetten, drukt u op de rode knop. Om de USB-ingang te gebruiken, verwijdert u onder de ledknop de USB-afdekking.
HOOFDONDERDELEN HAAK VOORZIJDE, HELM Gebruik deze haak om uw helm of lichte voorwerpen aan te hangen. LET OP Hang niet meer dan het maximale laadvermogen van 1 kg aan deze haak. BOVENKOFFER EN ACHTERDRAGER (optioneel) Een optionele bovenkoffer met achterdrager kan op de scooter worden aangebracht om uw helm of andere voorwerpen in op te slaan.
HOOFDONDERDELEN ZIJSTANDAARD De zijstandaard bevindt zich aan de linkerzijde van het voertuig. Gebruik de zijstandaard door uw voet op de steun van de zijstandaard te zetten om zo het voertuig rechtop neer te zetten. LET OP De zijstandaard klapt automatisch in wanneer deze wordt opgetild. Zorg ervoor dat uw voertuig stabiel staat wanneer het op de zijstandaard rust.
ACCU-INFORMATIE ACCU Dit model kan twee 24 Ah Li-ion accu’s van 60 V dragen. Er wordt slechts één accu bij aanschaf van de scooter geleverd. Een extra accu kan worden gebruikt voor het afleggen van grotere afstanden. De accu is ontworpen om ofwel verticaal, ofwel horizontaal onder de bagagebox geplaatst te worden. Om toegang tot de horizontale accu te verkrijgen, dient u de verticale accu te verwijderen en de oranje steun los te schroeven die beide accu’s op hun plaats houdt (1).
Pagina 27
ACCU-INFORMATIE Steek het netsnoer van de oplader in het laadpunt. Steek de andere kant van het netsnoer van de oplader in een wandcontactdoos. Het indicatielampje op het laadpunt is ROOD tijdens het opladen. Wanneer het opladen is voltooid, zal het indicatielampje veranderen in GROEN.
ACCU-INFORMATIE WAARSCHUWING • Als de accu oververhit raakt (bijv. na een lange afstand), laad deze dan niet direct bij aankomst op. Wacht minimaal 15 minuten alvorens de accu aan te sluiten op de oplader. • Li-on accu’s kunnen niet adequaat worden opgeladen onder het vriespunt (0 C).
Zorg dat de werking soepel is. De handgreep zou soepel moeten draaien en volledig geopend en gesloten • moeten kunnen worden. Neem indien nodig contact op met een geautoriseerde servicedealer van Nipponia. • Wielen en banden Controleer de conditie en slijtage van de banden.
3. Draai de gashandgreep 5 keer volledig in 5 seconden, terwijl u nog steeds de linkerremhendel ingedrukt houdt. 4. Laat de remhendel los. Langzaam versnellen is nu ingesteld. Om snel versnellen in te stellen: Terwijl langzaam versnellen is ingesteld, draait u de gashandgreep 6 keer volledig. VOLTY is nu ingesteld op snel versnellen.
WERKING EN RIJ-INSTRUCTIES REMMEN Wanneer u moet remmen: 1. Laat het gas volledig los. 2. Gebruik tegelijkertijd de voor- en achterrem terwijl u geleidelijk de druk hierop verhoogt. VOORZIJDE ACHTERZIJDE WAARSCHUWING Rem niet in bochten, omdat het voertuig dan kan slippen of omvallen. •...
De volgende instructies zullen u helpen het voertuig in goede conditie te houden. WAARSCHUWING • Indien u niet vertrouwd bent met onderhoudswerkzaamheden, neem dan contact op met uw plaatselijke Nipponia-dealer. • Onderhoud, vervangingen of reparaties kunnen worden uitgevoerd bij een geautoriseerd Nipponia-servicepunt.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES BANDEN Om de prestaties, levensduur en veilige werking van uw voertuig te optimaliseren, dient u altijd de bandenspanning te controleren. Scheuren, schade en slijtage aan de banden leiden tot onevenwichtig sturen of zelfs een klapband. Let op: de bandenspanning wordt gemeten bij koude banden en bij voorkeur wanneer de temperatuur van de banden gelijkstaat aan die van de omgeving.
(2). Als u ziet dat deze lijn zich op hetzelfde niveau bevindt als de bovenkant van de groeven van het loopvlak, dan dient u de band te vervangen. Als u hier niet mee bekend bent, vraag dan uw lokale Nipponia-dealer om u te helpen. WAARSCHUWING Overbelast uw voertuig niet, omdat dit de druk op uw banden zal verhogen, waardoor het remmen en sturen wordt •...
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES Band- en velginformatie Band- en velgmaten worden weergegeven in de onderstaande tabel: Voorzijde -> Velg: 2,15X12 inch Band: 90/70-12 inch Achterzijde -> Velg: 2,15X12 inch Band: 90/70-12 inch Type: tubeless (geen binnenband aanwezig) Velgen De velgen moeten voor elke rit gecontroleerd worden. Als er schade te zien is, vervang de velg dan direct. Probeer geenszins het wiel te repareren.
LET OP Er zou geen speling moeten zijn aan het einde van de remhendel. Indien er wel speling is, neem dan contact op met uw plaatselijke Nipponia-dealer. WAARSCHUWING Een zachte of sponsachtige indruk van de remhendel kan wijzen op de aanwezigheid van lucht in het hydraulisch systeem. Als er lucht aanwezig is in het hydraulisch systeem, laat een dealer dan het systeem ontluchten voordat u de scooter in gebruik neemt.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES 1. Slijtage-indicator 2. Remschijf 3. Remblok Remblokken voor en achter Elk voorste remblok is voorzien van slijtage-indicatoren, waardoor de slijtage aan het remblok kan worden gecontroleerd zonder dat u de rem hoeft te demonteren. Om de slijtage aan het remblok te controleren, bekijkt u de plaats van de slijtage-indicatoren terwijl u remt.
Pagina 38
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES Een laag remvloeistofpeil kan veroorzaakt worden door afgesleten remblokken en/of een lekkage in het remsysteem. Als het remvloeistofpeil laag is, controleer dan de remblokken op slijtage en het remsysteem op lekkage. Zorg er bij het controleren van het vloeistofpeil voor dat de bovenzijde van de hoofdcilinder waterpas staat door het stuur te draaien.
Pagina 39
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES Het wordt aanbevolen om hetzelfde type remvloeistof te gebruiken. Het mengen van vloeistoffen kan resulteren in een • schadelijke chemische reactie, wat kan leiden tot slechte remprestaties. • Let op dat er geen water in de hoofdcilinder terecht komt bij het bijvullen. Water zal het kookpunt van de vloeistof aanzienlijk verlagen, wat kan leiden tot de vorming van bellen.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES DE REMHENDELS VOOR EN ACHTER SMEREN De scharnierpunten van de remhendels voor en achter moeten worden gesmeerd volgens de aangegeven intervallen in de grafieken voor periodiek onderhoud en periodieke smering. Hendel voorrem Hendel achterrem...
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES HOOFDSTANDAARD LET OP De werking van de hoofdstandaard dient voor elke rit gecontroleerd te worden en de scharnieren en gebieden waar metaal metaal raakt, dienen indien nodig gesmeerd te worden. WAARSCHUWING Als de hoofdstandaard niet soepel naar boven en onderen beweegt, laat deze dan door een dealer controleren of repareren. VOORVORK De conditie en de werking van de voorvork moeten worden gecontroleerd op de aangegeven intervallen in de grafiek voor periodiek onderhoud en periodieke smering.
Pagina 42
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES WAARSCHUWING Ondersteun de scooter op een stabiele manier zodat deze niet om kan vallen. 1. Plaats het voertuig rechtop op een vlakke ondergrond. 2. Controleer de binnenste buizen op krassen, schade en olielekkage. 3. Gebruik de voorrem en druk het stuur meerdere keren hard naar beneden om de vering van de vork te controleren. WAARSCHUWING Indien er schade aan de vork aanwezig is, neem dan contact op met uw dealer.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES STUUR WAARSCHUWING Versleten of losse stuurlagers kunnen gevaar opleveren. Daarom moet de werking van het stuur als volgt worden gecontroleerd op de aangegeven intervallen in de grafiek voor periodiek onderhoud en periodieke smering. 1. Plaats het voertuig op de middelste standaard of een geschikte motorfietsstandaard zodat het voorwiel loskomt van de grond.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINSCHALIGE REPARATIES VERLICHTING Dit model is uitgerust met dagrijverlichting (lichtcirkel) die altijd aanstaat. Koplamp Dit model is uitgerust met een led-koplamp (1). Als de koplamp het niet meer doet, laat een dealer deze dan vervangen. Stel de koplamp af indien nodig.
PROBLEEMOPLOSSING PROBLEEMOPLOSSING Hoewel de voertuigen een grondige inspectie krijgen voordat ze worden geleverd vanuit de fabriek en nogmaals voordat ze aan u worden geleverd, kunnen er problemen ontstaan tijdens de werking. Indien uw voertuig reparatie vereist, neem het dan mee naar een dealer, waar getrainde monteurs beschikken over de vereiste gereedschappen, ervaring en deskundigheid om het voertuig correct te onderhouden.
REINIGEN EN OPSLAG HET VOERTUIG REINIGEN Door het voertuig te reinigen, blijft het niet alleen schoon, maar wordt ook de levensduur verlengd en worden de prestaties geoptimaliseerd. Voorafgaand aan het reinigen Sluit alle doppen, afdekkingen en elektrische verbindingen zorgvuldig af of aan om te voorkomen dat er water of vocht binnendringt.
Pagina 47
REINIGEN EN OPSLAG • Gebruik geen hogedrukspuit of stoomreiniger om te voorkomen dat er water doordringt tot de elektrische of andere onderdelen zoals aansluitingen of schakelaars, verlichting, remkabels of afdichtingen en lak. Reinigen na normaal gebruik Verwijder vuil met warm water, een mild schoonmaakmiddel en een zachte, schone spons en spoel vervolgens grondig af met schoon water.
REINIGEN EN OPSLAG • Reinig indien nodig de remschijven en remleidingen met een conventionele remschijfreiniger en was de banden met warm water en een mild schoonmaakmiddel. • Test voordat u het voertuig gebruikt de remprestaties en banden. OPSLAG Korte termijn (enkele dagen) •...
CONSUMENTENINFORMATIE VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER (VIN) Noteer het VIN (voertuigidentificatienummer) zodat u reserveonderdelen kunt bestellen of voor het geval dat het voertuig wordt gestolen. Het chassisnummer is in het frame gegraveerd en is te vinden onder de afdekking (1) van de voetplaat. LET OP Het voertuigidentificatienummer wordt gebruikt om uw scooter te identificeren en kan worden gebruikt om uw voertuig te registreren bij de vergunningverlenende autoriteit in uw gebied.
Enkel indien u de klantspecificaties naleeft die in de gebruikershandleiding worden vermeld, zorgt u ervoor dat de natuurlijke levensduur van uw voertuig intact blijft. Voor verdere informatie inzake de garantie kunt u de volgende websites bezoeken: www.volty.eu of www.nipponia.com.
ONDERHOUDSSCHEMA De garantie is enkel geldig als het voertuig is onderhouden in overeenstemming met dit onderhoudsschema. De inspectie-intervallen zijn vereist, anders is de garantie niet geldig. 300 km Elke 2000 km Elke 4000 km Elke 6000 km Elke 10000 km ONDERDEEL WAT TE DOEN Algemene controle (zie pag.
SERVICEPLAN De garantie is enkel geldig als het voertuig is onderhouden in overeenstemming met dit serviceplan. 300 km 2000 km Stempel / handtekening Stempel / handtekening 4000 km 6000 km Stempel / handtekening Stempel / handtekening VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: NAAM VAN DE KLANT: ................................
Pagina 54
SERVICEPLAN De garantie is enkel geldig als het voertuig is onderhouden in overeenstemming met dit serviceplan. 8000 km 10000 km Stempel / handtekening Stempel / handtekening 12000 km 14000 km Stempel / handtekening Stempel / handtekening VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: NAAM VAN DE KLANT: ................................