CCS140/141
1
Sensor
2
Gasvormige fase van chloorbleekloog
3
Chloorbleekloog
a
Afstand tussen sensor en vloeistof, 5 ... 10 mm (0,2 ... 0,4 in)
1.
Sluit de mediuminlaat en -uitlaat en waarborg dat medium niet kan ontsnappen uit de
armatuur.
2.
verwijder dan de sensor uit de armatuur.
3.
Schroef de meetkamer los en plaats deze opzij.
4.
Polijst de gouden kathode van de sensor met het polijstvel: plaats een bevochtigde strip
van het vel in uw hand, polijst de gouden kathode op de strip met draaiende
bewegingen, en spoel de sensor na met gedeïoniseerd water.
5.
Indien nodig:
Vul het elektrolyt bij in de meetkamer en schroef de meetkamer weer terug op de
sensorschacht.
6.
Vul de beker tot circa 10 mm (0,4 in) met chloorbleek en plaats deze op een veilige
plaats.
7.
De sensor mag de vloeistof niet raken.
Plaats de sensor in de gasvormige fase circa 5 ... 10 mm (0,2 ... 0,4 in) boven de
chloorbleek.
De sensorstroom zal nu toenemen. De absolute waarde en de toenamesnelheid
hangen af van de temperatuur van de chloorbleek.
Endress+Hauser
1
2
3
Onderhoud
A0037414
31