■
Indicators
Alle pictogrammen op het display worden voor deze uitleg getoond. Bediening is niet mogelijk wanneer
"SETTING" knippert.
8
9
7
12
15
13
11
1
Indicator Bedrijfsstand
Geeft aan welke bedrijfstand is geselecteerd.
2
Indicator Centrale bediening
Wordt weergegeven wanneer de airconditioner
centraal wordt bediend en wordt gebruikt met
centrale regeltoestellen, zoals een centrale
afstandsbediening.
Als het gebruik van de afstandsbediening wordt
verhinderd door de centrale bediening, knippert
wanneer de knop ON/OFF, MODE of
TEMP wordt ingedrukt op de afstandsbediening,
en de knoppen werken niet.
(Instellingen die kunnen worden geconfigureerd
op de afstandsbediening variëren afhankelijk
van de stand van de centrale bediening Lees
voor nadere gegevens de Gebruikershandleiding
van de afstandsbediening voor centrale
bediening.)
3
Indicator Instellingen
Geeft aan dat het model automatisch wordt
gecontroleerd nadat een onderbreker is
geactiveerd of zich een ander voorval heeft
voorgedaan.
4
Indicator Service
Wordt weergegeven wanneer de
beveiligingsvoorziening werkt of wanneer een
controle wordt uitgevoerd.
5
Indicator Test (Proefdraaien)
Wordt weergegeven tijdens proefdraaien.
6
Indicator Temperatuurinstelling
De geselecteerde insteltemperatuur wordt
weergegeven.
7
Indicator Swing (Zwenken)
Wordt weergegeven tijdens het op en neer
bewegen van de lamel.
8
Indicator Lamelstand
Geeft de stand van de lamel aan.
1
2
3
4
14
5
6
10
9
Indicator Lamelvergrendeling
Wordt weergegeven wanneer er een unit is met
vergrendelde lamel.
10
Indicator Ventilatorsnelheid
Geeft de geselecteerde ventilatorsnelheid aan.
Automatisch
Laag
Laag +
Middelhoog
Middelhoog +
Hoog
Vast
11
Indicatoren OFF-timer
Wanneer er zich een probleem voordoet, wordt
een controlecode weergegeven.
12
Indicator Voorverwarmen
Deze weergave wordt getoond wanneer de
verwarmingsstand is ingeschakeld of de
ontdooicyclus is gestart.
Zolang deze aanduiding wordt weergegeven,
werkt de binnenventilator niet of werkt in de
stand Ventileren.
13
Indicator sensor afstandsbediening
Wordt weergegeven wanneer de sensor van de
afstandsbediening actief is.
14
Weergave berichten
Wordt weergegeven wanneer er een
berichtcode is.
Neem voor details contact op met uw dealer
(distributeur).
15
Geen functie-weergave
Verschijnt als de gevraagde functie niet
beschikbaar is op dat model.
– 3 –
3
Bediening
Wanneer u de airconditioner voor de eerste keer gebruikt of de instellingen wijzigt, volg dan onderstaande
procedures. Vanaf de volgende keer start de airconditioner op de gekozen instellingen wanneer de knop ON/OFF
wordt ingedrukt.
■
Stand-by
Bediening is niet mogelijk wanneer "SETTING" knippert.
VEREISTEN
• Houd tijdens gebruik de aan/uit-schakelaar op Aan.
• Wanneer u de airconditioner na lange tijd weer gaat gebruiken, zet dan de aan/uit-schakelaar ten minste 12 uur
van tevoren op Aan.
• Wanneer de airconditioner wordt ingeschakeld, duurt het ongeveer 1 minuut voordat de afstandsbediening
actief wordt. Dit is geen storing.
■
In gebruik
Sommige bedrijfsstanden zijn niet beschikbaar, afhankelijk van het type binnenunit.
Knop Menu
Knop
Knop AAN/UIT
Instellingen
1
Knop AAN/UIT
Duwt u op deze knop, dan gaat het bedrijfslampje
branden en begint de airconditioner te werken.
Bij Verwarmen
• De verwarmde lucht komt na 3 tot 5 minuten
voorverwarmen met de binnenventilator
uitgeschakeld, naar buiten.
2
Selecteer u de bedrijfsstand.
Duw enkele malen op de knop Menu en selecteer
de bedrijfsstand.
• De actuele bedrijfsstand knippert.
Steeds wanneer u op de instelknop drukt,
verandert de bedrijfsstand en het bijbehorende
pictogram als volgt:
Automatisch
Verwarmen
Drogen
Koelen
(Ontvochtigen)
• Drukt u 30 seconden lang niet op een knop, dan
eindigt de bedrijfsstand.
3
Selecteer de ventilatorsnelheid
Duo enkele malen op de knop Menu en selecteer
de stand Ventilatorsnelheid.
• De indicator van de actuele ventilatorsnelheid
knippert.
Steeds wanneer u op de instelknop drukt,
verandert de stand Ventilatorsnelheid als volgt:
• Welke ventilatorsnelheden u kunt kiezen hangt
af van de aan te sluiten binnenunits.
• "
Auto" kan niet worden gekozen in de stand
Ventileren.
• Drukt u 30 seconden lang niet op een knop, dan
eindigt de stand Ventilatorsnelheid.
4
Selecteer de temperatuur
Duw op de instelknop als u de temperatuur wilt
afstellen.
• Het bereik voor de temperatuurinstelling is
18,0°C tot 29,0°C.
• De temperatuur kan worden ingesteld in
stappen van 0,5°C.
Ventilator