8 Installatie
8.2 Installatie van het regelapparaat
Voor een veilige installatie is het ASTOPAD-regelapparaat voorzien van een
universele bevestigingsinrichting. Hierdoor kan het apparaat veilig worden
bevestigd aan infuusstandaards, ronde buizen en aan standaard medische
normrails.
Letselgevaar!
Houd u bij de installatie van het ASTOPAD-regelapparaat aan een infuusstandaard
aan de specificaties van de fabrikant van de infuusstandaard met betrekking tot
maximale belasting en beveiliging tegen kantelen.
8.2.1 Bevestiging aan infuusstandaards/ronde buizen
Afb. 4 Bevestiging aan
infuusstandaards/ronde
buizen
8.2.2 Bevestiging aan medische normrail
Afb. 5 Bevestiging aan
medische normrail
Voor montage op de medische normrail kan het nodig zijn om de
universele bevestigingsinrichting te verplaatsen. Hiervoor moeten de
twee bevestigingsschroeven losgedraaid worden. Na het veranderen
van de positie moeten de schroeven weer overeenkomstig de positie
worden ingeschroefd.
LET OP
1. Draai het handwiel linksom om de
bevestigingsinrichting te openen.
2. Kies bij infuusstandaards een maximale hoogte van
165 cm (ASTOSTAND: 180 cm) en bevestig het
geopende spanbereik van de bevestigingsinrichting
aan de infuusstandaard.
3. Draai het handwiel rechtsom om de
bevestigingsinrichting op de infuusstang vast te
klemmen.
4. Controleer of het ASTOPAD-regelapparaat goed
vastzit.
1. Hang het ASTOPAD-regelapparaat schuin van boven
met de bevestigingsinrichting in de normrail.
2. Draai het handwiel rechtsom om de
bevestigingsinrichting aan de medische normrail vast
te klemmen.
3. Controleer of het ASTOPAD-regelapparaat goed
vastzit.
®
ASTOPAD
Gebruiksaanwijzing
33