KALIBRATIEPROCEDURE
Het is aan te raden om de meter dagelijks te kalibreren voor de metingen uitgevoerd worden,
tussen een reeks van vele metingen, en als de batterij werd vervangen.
1. Druk op de knop ON/OFF en laat los. Twee instrumenttesten zullen op het display verschijnen:
eerst een lcd-segment en daarna het resterende batterijpercentage. Het instrument is nu klaar
om te kalibreren.
2. Gebruik een plastic pipet om de monstercel met prisma te vullen met demiwater.
Als het zero-monster met demiwater blootgesteld wordt aan extreem zonlicht of andere
è
lichtbron, bedek die dan met uw hand tijdens de kalibratie.
3. Druk op de knop ZERO. Als er geen foutmelding verschijnt is uw instrument gekalibreerd.
Op het display verschijnt "0.0" totdat er een meting wordt uitgevoerd of totdat het instru-
è
ment wordt uitgeschakeld.
4. Absorbeer voorzichtig het zero-monster met demiwater met een zachte doek. Wees voorzichtig
zodat u geen krassen op het prisma veroorzaakt. Zodra er krassen op het prisma komen kan
u geen metingen meer uitvoeren. Dit glas kan nadien niet vervangen worden. Het oppervlak
moet volledig schoon zijn. Het instrument is nu klaar om metingen uit te voeren.
8