Selecteer Corrigeren met de knop d en druk op
3.
de rechter interactieve functieknop.
4.
Selecteer Autom. corr. met de knop d en druk
op de rechter interactieve functieknop.
5.
Selecteer een van de volgende opties met de
knop d en druk op de rechter interactieve
functieknop.
❏
PhotoEnhance: gebruik deze optie als een
afdruk er niet goed uitziet. Hiermee corrigeert
u foto's die bijvoorbeeld te donker of te licht
zijn of foto's met veel tegenlicht.
❏
P.I.M.: hiermee worden de foto's verwerkt op
basis van de PRINT Image
Matching-gegevens die in de digitale
bestanden zijn vastgelegd. Deze gegevens
helpen bij de zorgvuldige reproductie van uw
foto's.
❏
Uit: hiermee worden de foto's zonder enige
aanpassing of correctie afgedrukt. Eventueel
aanwezige PIM- of Exif Print-gegevens
worden genegeerd (standaardinstelling voor
bestanden zonder PIM- of Exif
Print-gegevens).
Volg de instructies in het volgende gedeelte als u
behalve de automatische ook nog handmatige
aanpassingen wilt doorvoeren.
Foto's handmatig aanpassen
1.
Druk op de knop Menu.
2.
Selecteer het menu Bewerken met de knop d en
druk op de rechter interactieve functieknop.
3.
Selecteer Corrigeren met de knop d en druk op
de rechter interactieve functieknop.
4.
Selecteer Helderheid, Verzadiging of Scherpte
met de knop d en druk op de rechter interactieve
functieknop.
5.
Pas de overige instellingen waar nodig aan en
druk op de rechter interactieve functieknop.
6.
Selecteer de foto waarop u deze instelling wilt
toepassen en druk op de rechter interactieve
functieknop.
PictureMate PM 240 / PM 280
37
Afdrukopties