!
OPMERKING
83251707 1/2020-08 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Gascondensatieketel WTC-GB 120 ... 300-A
5.5 Luchttoevoer en rookgasafvoer
Luchttoevoer
De verbrandingslucht kan toegevoerd worden:
uit de opstellingsruimte (ruimteluchtafhankelijke werking);
door de aansluiting van een externe luchttoevoerleiding
(ruimteluchtonafhankelijke werking).
Rookgasafvoer
Bij de rookgasafvoer moeten de plaatselijk geldende voorschriften alsook de
bouwrichtlijnen in acht genomen worden.
Schade aan de ketel door verkeerd rookgassysteem
De ketel kan overbelast worden.
Ketel enkel met een van de volgende ketelaansluitsets in bedrijf stellen.
De condensatieketel is met de onderstaande ketelaansluitsets gecertificeerd en
mag enkel daarmee in bedrijf gesteld worden.
WTC 120 / WTC 170:
Ketelaansluitset bochtstuk (bestelnr. 480 000 11 732)
Ketelaansluitset recht stuk (bestelnr. 480 000 11 742).
WTC 210 / WTC 250 / WTC 300:
Ketelaansluitset bochtstuk (bestelnr. 480 000 11 782)
Ketelaansluitset recht stuk (bestelnr. 480 000 11 792).
Aansluitset aan rookgasaansluiting installeren, zie montagerichtlijnen WAL-PP.
Voor de verdere aansluiting mag enkel een toegelaten rookgassysteem gebruikt
worden. Als de condensatieketel aan de schoorsteen van een huis aangesloten
wordt, moet deze met een rookgassysteem volgens de plaatselijk geldende normen
uitgerust worden.
Het rookgassysteem moet dicht zijn.
Dichtheidscontrole van het rookgassysteem uitvoeren.
Als er een kunststof-rookgassysteem aangesloten wordt dat niet voor
rookgastemperaturen gaande tot 120 °C toegelaten is, moet de
uitschakeltemperatuur rookgasweg (P 33) overeenkomstig gereduceerd worden.
33-124
5 Installatie