Inhoudsopgave
Advertenties
Hiernaar zet de dieselmotor toeren op 1500 toeren per minuut en laat de motor rijden tot een
acceptabel koelwatertemperatuur en de waarschuwingslampen en geluidsignalen zijn
uitgeschakeld. Hierna de controlepunten onder punt 9.4 blz. 23 uitvoeren.
6.
Klok met koelwatertemperatuur.
7.
Meerdere funkties-arm met volgende functies, functies werken als men ze aanzet:
Draai 1 keer tegen de klok in en positielicht gaat aan.
Draai 2 keer tegen de klok in en rijlicht gaat aan.
Trek de arm omhoog voor inhaalknipperlicht.
Trek de arm naar beneden en hoog rijlicht gaat aan.
Trek aan het eind van de arm en de claxon gaat aan.
Trek de arm vooruit en rechterknipperlicht gaat aan.
Trek de arm terug en de linkerknipperlicht gaat aan.
8.
Deze teller wijst hoeveel uur de machine gebruikt is. De urenteller activeert als de
startsleutel staat in de pos. B (zie 16. startcontakt). D.w.z. dat deze telt, ook al is de motor niet
gestart.
9.
Lamp die wijst, dat hoger rijlicht aan is.
10.
Hoge hydrauliektemperatuur waarschuwt, als de hydrauliekolie over de 82°C komt,
tegelijkertijd gaat de lamp aan en activeert een geluidwaarschuwingssignaal. De lamp en het
geluidssignaal gaat uit als de temperatuur onder de 68°C is. Als de lamp aangaat onder het
werk met de machine, stop het werk en alle hydrauliekfuncties uitzetten. De dieselmotor
zetten op 1500 toeren pr. minuut og moet nu minimaal 5 minuten rijden. Hierna de machine
afzetten en de koeler schoonmaken voor evt. verstoppingen. Hierna de dieselmotor starten en
weer instellen op 1500 toeren per minuut en er nu mee rijden totdat de lamp en het
geluidssignaal uit is.
11.
Lamp gaat aan tegelijkertijd met geactiveerde knipperlicht rechts en links.
12.
Handrem lampen zijn aan als de handrem geactiveerd wordt.
13.
Dieseltankmeter wijst het niveau in de dieseltank. Bemerk dat de meter een volle tank
wijst, als de tank halfvol is. Hierna daalt de wijzer, totdat de tank leeg is.
14.
De lampen voor laag niveau in de dieseltank activeert als er minimaal nog voor 30
minuten rijtijd in de tank is.
15.
Lamp gaat aan als de positie- of rijlicht aan is.
16.
Contact voor activering van alarmlicht. Deze werkt zelfs als het contact nog niet
geactiveerd is en de sleutel niet in het startcontact zit.
17.
Vrij contact, voor evt. extra toebehoren.
15
Advertenties
Inhoudsopgave
