VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
DE UNIT MOET WORDEN GEÏNSTALLEERD CONFORM DE LOKALE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN EN MAG
UITSLUITEND BUITEN WORDEN GEBRUIKT.
LEES AANDACHTIG DE INSTRUCTIES VAN DE FABRIKANT VOORDAT U DEZE UNIT START.
INSPECTIES EN HERKWALIFICATIE CONFORM DE RICHTLEIDING INZAKE DRUKAPPARATEN MOETEN DE
LOKALE NORMEN IN ACHT NEMEN VAN DE PLAATS WAAR DE UNIT GEÏNSTALLEERD IS.
CONFORMITEIT MET EMC-RICHTLIJN
WAARSCHUWING:
De units van het FLATAIR ADVANCED 2-assortiment zijn ontworpen voor het verwarmen of koelen van gebouwen in industriële,
commerciële en residentiële omgevingen. Wat deze omgevingen onderscheidt, is de positie van de HT / LV-transformator in de
voeding van de gebouwen. In het geval van de industriële omgeving wordt de HT / LV-transformator in de industrie zelf ingezet
en geïnstalleerd. Aan de andere kant, voor de residentiële, commerciële en kleine industrie, is de HT / LV-transformator gebrui-
kelijk in een gebied en levert commerciële gebouwen, kleine industrie en huizen (individuele huizen en gebouwen) tegelijkertijd.
Om aan al deze omgevingen te voldoen, zijn de units getest volgens de strengste normen van de 2 omgevingen die:
•
EN61000-6-3: emissie voor residentiële, commerciële en kleine industriële omgevingen.
•
EN61000-6-2: immuniteit voor de industriële omgeving.
Wat de immuniteit betreft, waren alle uitgevoerde tests in overeenstemming.
Op het gebied van emissies zijn de eenheden:
•
Voldoen aan EN61000-6-3 (emissie voor residentiële, commerciële en kleine industriële omgevingen)
•
De kortsluitingsverhouding Rsce> 350 overeenkomstig de norm EN 61000-3-12 ten opzichte van de meting van harmonis-
chen in het netwerk.
•
Een maximaal toegestane impedantie van het Zmax-netwerk is niet vereist om te verklaren uit de norm EN 61000-3-11
omdat de geteste apparatuur voldoet aan de norm. De verbinding met het hoofdnetwerk is geen voorwaardelijke verbinding
(de verbinding is mogelijk voor alle netwerken zonder beperking van de impedantiewaarde).
Alle units voldoen aan de PED 97-23-CE-voorschriften.
1. Opgelet: De hoge-drukveiligheidsschakelaars zijn essentiële elementen die waarborgen dat het systeem
binnen de toegelaten bedrijfslimieten blijft. Zorg er, vooraleer de installatie in te schakelen, steeds voor dat alle
elektrische aansluitingen correct zijn op deze elementen die gebruikt worden om de elektrische stroomvoorziening
naar de compressor(en) die ze beschermen te isoleren. Voer een test uit om ervoor te zorgen dat de elektrische
stroomvoorziening effectief geïsoleerd is wanneer de drukschakelaar zijn instelwaarde bereikt.
2. In geval van een installatie in een seismisch actief gebied of in een zone die getroffen zou kunnen worden
door agressieve natuurlijke gebeurtenissen, zoals stormen, tornado's, overstromingen, vloedgolven, enz., zal de
installateur en/of operator de geldende normen en regels raadplegen om te verzekeren dat de vereiste apparaten
beschikbaar zijn, aangezien onze units niet ontworpen zijn om te werken in zulke omstandigheden zonder voo-
rafgaande voorzorgsmaatregelen.
3. De apparatuur is niet vuurvast. De installatiesite zal daarom de geldende normen moeten naleven wat betreft de
brandveiligheid (instructies voor noodgevallen, kaart, enz.).
4. In geval van blootstelling aan corrosieve externe atmosferen of producten, zal de installateur en/of operator de
nodige voorzorgsmaatregelen treffen om schade aan de apparatuur te voorkomen en ervoor zorgen dat de gele-
verde apparatuur de nodige en voldoende corrosiebescherming heeft.
5. Om een afdoend aantal ondersteuningen voor het leidingwerk volgens de grootte en het gewicht ervan in bedri-
jfsomstandigheden te respecteren en om het leidingwerk zo te ontwerpen dat waterslag wordt voorkomen.
6. Om technische redenen is het niet mogelijk om hydrostatische tests uit te voeren op al onze units, dus worden
er lektests uitgevoerd als compenserende maatregel. (Het hele circuit wordt gecontroleerd met lekzoekers). Voor
machines voorzien van koelmiddel wordt er, op het einde van de test, een HP-test gedaan in de fabriek om te
verzekeren dat de drukschakelaar naar behoren functioneert.
7. Voorafgaand aan werken aan het koelcircuit, moeten de droge lucht of stikstofdruk in onze units verwijderd zijn
(Voor units die niet voorzien zijn van koudemiddel in de fabriek.)
8. De emissies van koelmiddel via de afblaasventiel moeten naar buiten worden geleid. De uittredeklep moet
afmetingen hebben overeenkomstig EN13136.
9. De installatie en het onderhoud van deze machines moeten worden uitgevoerd door personeel dat gekwalifi
ceerd is om aan koelapparatuur te werken.
10. Alle interventies moeten conform de geldende veiligheidsregels plaatsvinden (nl.: NF EN 378), maar ook
volgens de aanbevelingen op de labels en in de handleidingen die bij de machine zijn meegeleverd. Alle nodige
acties moeten worden ondernomen om de toegang van onbevoegde personen te verhinderen.
11. Het is van cruciaal belang dat leidingen of andere onderdelen van het koelcircuit die gevaarlijk zijn voor men-
sen omwille van hun oppervlaktetemperatuur worden geïsoleerd of geïdentifi ceerd.
12. Zorg ervoor dat de toegang tot de installatiezone
• 4 •
Installatiehandleiding • FLATAIR ADV2 IOM-MIL161D-0920-09/2020