Figuur 44
1. Luchtfilterbehuizing
2. Voorfilter
3. Sluiting
4. Reinig de binnenkant van het luchtfilterdeksel met
perslucht.
5. Schuif het voorfilter voorzichtig uit de
luchtfilterbehuizing
Opmerking: Zorg ervoor dat u niet met het filter
tegen de zijkant van de luchtfilterbehuizing stoot.
6. Verwijder het veiligheidsfilter uitsluitend als u dit wilt
vervangen.
Belangrijk: Probeer nooit een veiligheidsfilter te
reinigen. Als het veiligheidsfilter vuil is, betekent
dit dat het voorfilter is beschadigd. Vervang beide
filters.
7. Inspecteer het filterelement op beschadiging door een
felle lichtbron op de buitenkant van het filter te richten
en er doorheen te kijken.
Opmerking: Gaten in het filter zien eruit als lichte
vlekken.
8. Als het filter is beschadigd, moet u dit weggooien.
Onderhoud van het voorfilter
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren
•
Als het voorfilter vuil, verbogen of beschadigd is, moet
u het vervangen.
•
U mag het voorfilter niet reinigen.
Onderhoud van het veiligheidsfilter
Onderhoudsinterval: Om de 600 bedrijfsuren
Belangrijk: Probeer nooit een veiligheidsfilter te
reinigen. Als het veiligheidsfilter vuil is, betekent dit dat
het voorfilter is beschadigd. Vervang beide filters.
g018319
4. Luchtfilterdeksel
5. Veiligheidsfilter
(Figuur
44).
Filters monteren
Belangrijk: U mag de motor nooit laten lopen zonder
dat beide luchtfilters zijn gemonteerd, omdat anders de
motor schade kan oplopen.
1. Controleer of de filters niet zijn beschadigd door het
transport ervan. Monteer geen beschadigde filters.
2. Schuif het veiligheidsfilter in de
44).
3. Schuif het voorfilter op het veiligheidsfilter
Opmerking: Zorg ervoor dat het voorfilter volledig
op zijn plaats zit door op de buitenrand te duwen
tijdens de montage.
Belangrijk: Druk niet op het zachte midden van
het filter.
4. Reinig de opening van de vuiluitlaat in het afneembare
deksel. Verwijder de rubberen uitlaatklep van het
deksel, maak de holte schoon en plaats de klep terug.
5. Monteer het luchtfilterdeksel met de kant met het
opschrift O
MHOOG
sluiting vast
(Figuur
6. Stel de indicator
is.
Motoroliepeil controleren
Opmerking: Ververs de olie vaker als de machine in zeer
stoffige of zanderige omstandigheden wordt gebruikt.
Type olie: Reinigingsolie (API-klasse SG, SH, SJ of hoger)
Carterinhoud: met filter, 2 l
Viscositeit: Zie
Figuur 45
Het motoroliepeil controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
38
filterbehuizing(Figuur
naar boven gericht en maak de
44).
(Figuur
43) opnieuw in als deze rood
Figuur 45
(Figuur
44).