De nauwkeurigheid van een waypointlocatie verbeteren
U kunt de locatie van een waypoint verfijnen voor een nauwkeurigere weergave. Bij het middelen voert
het toestel verschillende metingen op dezelfde locatie uit en gebruikt de gemiddelde waarde voor een
nauwkeurigere meting.
1 Selecteer Waypoint-beheer.
2 Selecteer een waypoint.
3 Selecteer
> Gemiddelde locatie.
4 Ga naar de locatie van het waypoint.
5 Selecteer Start.
6 Volg de instructies op het scherm.
7 Als de statusbalk Betrouwbaarheid van meting op 100% staat, selecteer dan Sla op.
Voor de beste resultaten kunt u 4 tot 8 metingen voor een waypoint verzamelen. Wacht minimaal 90 minuten
tussen de metingen.
Een waypoint projecteren
U kunt een nieuwe locatie maken door de afstand en peiling te projecteren vanaf een gemarkeerde locatie naar
een nieuwe locatie.
1 Selecteer Waypoint-beheer.
2 Selecteer een waypoint.
3 Selecteer
> Projecteer waypoint.
4 Geef de peiling op en selecteer
5 Selecteer een maateenheid.
6 Voer de afstand in en selecteer
7 Selecteer Sla op.
Een waypoint verwijderen
1 Selecteer Waypoint-beheer.
2 Selecteer een waypoint.
3 Selecteer
> Verwijder > Verwijder.
Routes
Een route bestaat uit een serie via-punten of locaties die u naar uw bestemming leidt.
Een route maken
1 Selecteer Routeplanner > Route maken > Selecteer eerste punt.
2 Selecteer een categorie.
3 Selecteer het eerste punt op de route.
4 Selecteer Gebruik > Kies volgend punt.
5 Selecteer een punt.
6 Herhaal stap 3 tot en met 5 om alle punten toe te voegen in de route.
De naam van een route wijzigen
1 Selecteer Routeplanner.
2 Selecteer een route.
3 Selecteer Wijzig naam.
4 Voer de nieuwe informatie in en selecteer
Via-punten, routes en sporen
.
.
.
27