Inhoudsopgave
Advertenties
EMD / EMD-F / EMD-F-IS / EMD-F/R / EMD Invers
Servo-functie met brandalarm
à Voor het gebruik van de functie op brandwerende deuren is voor ieder afzonderlijk geval een bouwvergun-
ning noodzakelijk.
à De aandrijving dient via een beveiligde stroomvoorziening van de klant of een onderbrekingsvrije stroom-
voorziening (UPS) gevoed te worden.
à Er zijn uitsluitend handmatig te bedienen aanstuurelementen (bijv. knoppen, contactvoetmat) toegestaan.
Lateirookschakelaar op de aandrijving aansluiten, zoals in hoofdstuk 19 "EMD-F, EMD-F-IS, EMD-F/R, EMD-F/R-
X
IS op brandwerende deuren" beschreven.
Functie:
De functie servo met brandalarm wordt toegepast bij brandwerende deuren die in trappenhuizen gemonteerd
zijn en bij brandalarm in het gebouw als vluchtroutedeuren in de richting van het trappenhuis openen.
De in het trappenhuis heersende luchtoverdruk, waardoor het trappenhuis rookvrij gehouden moet worden,
bemoeilijkt het openen van de deur. Door de functie Servo met brandalarm ondersteunt de deuraandrijving bij
aansturing via knop KI, KA of KB het openen van de deur tegen de overdruk in het trappenhuis in. Het brand-
alarm in het gebouw wordt via een 24V-signaal "Brandalarm" op ingang PE1 c.q. PE2 gesignaleerd.
Bij brand in de directe omgeving van de deur wordt door de in het deurgebied gemonteerde lateirookschakelaar
het uitschakelen van de aandrijfmotor en de sluitplaat geactiveerd.
De deur sluit in dit geval door middel van veerkracht.
Het openen van de deur is dan uitsluitend nog handmatig mogelijk, zonder krachtondersteuning door de aan-
drijving.
De aansluiting Reset-knop (aansluiting RES op DCU201) moet als volgt overbrugd worden:
Klemmen 62 en 61 van de DCU201 met de klemmen 2 en 1 van de DCU200 verbinden.
X
Klem 62 (RSZ 24V) met klem 2 (24V), klem 61 (RSZ GND) met klem 1 (GND).
X
1
2
1
Huiscentrale van de klant
2
Potentiaalvrije uitgang "Brandalarm"
WAARSCHUWING
Letselgevaar door hoge dynamische krachten bij de servo-functie met brandalarm!
Controleren of er zich bij brandalarm geen personen bij het openen in de buurt van de deur bevinden.
X
De aandrijving opent de deur bij aansturing (KI, KA, KB, Push And Go) met het ingestelde extra servomoment
(
) plus het ingestelde openingsmoment "Servo-brandalarm" (
a O
Het openingsmoment "Servo-brandalarm" (
ingang (PE1 c.q. PE2, ingestelde functie "Servo-brandalarm") het signaal Brandalarm (0V) aanwezig is.
De volgende parameters instellen:
à Duur van de servo-ondersteuning (0–20 s):
à met DPS:
à met ST220: "Bewegingsparameters", "Servo duur" op de gewenste tijd instellen.
à Hoogte van het gewenste extra openingsmoment (0–40 Nm):
à met DPS:
à met ST220: "Bewegingsparameters", "Extra servomoment" op de gewenste hoogte instellen.
à Functie brandalarm van de parametreerbare ingang PE1 c.q. PE2:
à met DPS:
à met ST220: "Signalen", "Ingangssignalen", "PE1" c.q. "PE2", "PE1 functie" c.q. "PE2 functie" op "Servo brand-
à Hoogte van het extra openingsmoment "Servo-brandalarm" (0–70 Nm) in geval van brand:
à met DPS:
à met ST220: "Bewegingsparameters", "Servo brandalarm" op de gewenste hoogte instellen.
PE1 PE2
2
24V
51
PE1
of
52 PE2
fa
op de gewenste tijd instellen.
aD
op de hoogte van het gewenste extra moment instellen.
a O
c.q.
op
(Brandalarm) zetten.
e1
e2
2 2
alarm" instellen.
op de gewenste hoogte van het extra openingsmoment in geval van brand instellen.
fa
).
fa
) staat alleen ter beschikking, zolang op de parametreerbare
Basisfuncties
53
Advertenties
Inhoudsopgave
