Audiobediening
U kunt de audiobalans tussen voor en achter en rechts en links regelen.
Het audiobedieningsscherm
weergeven 1
Au d i o Co n t r o l
Audiobedieningsscherm 1 (Audio Control 1)
F r o n t
3
M e n u
Audio
4
2
Set Up
L
L
SRC
1
R e a r
V o l . O f f s e t
- 1 5
6
Aud i o Con t r o l 1
Het audiobedieningsscherm
weergeven 2
Audiobedieningsscherm 2 (Audio Control 2)
M e n u
Audio
BMS AMP Bass
10
Set Up
BMS AMP FREQ
SRC
12
Aud i o Con t r o l 2
5
F
F
FAD F 1 2
BAL R 1 2
4
R
R
SUB
-1 5
R
R
5
7
7
LOUD
O f f
6
8
9
10
F l a t
N o r m a l
L o w
11
11
1 Keert terug naar het bedieningsscherm van de
vorige bron.
2 Roept het instelmenu op. (zie blz. 247)
3 Roept het geluidseffectenmenu op.
4 Regelt de rechter en linker volumebalans.
5 Regelt de voorste en achterste volumebalans.
6 Regelt het volume van de huidige bron op basis van
het verschilniveau met het oorspronkelijke volume.
Als u het volume eerst hebt verhoogd en
vervolgens verlaagd met "Vol. Offset", kan het
geluid plots luid klinken wanneer u overschakelt op
een andere bron.
7 Regelt het subwoofer-volume.
8 Schakelt de loudness-functie in of uit.
(Verschijnt niet wanneer de optionele DSP-eenheid
is aangesloten.)
Als de functie "On" staat, worden de hoge en de
lage tonen automatisch versterkt bij laag volume.
(
On)
9 Geeft het audiobedieniningsscherm 2 weer.
p Regelt de lagetonenversterking van de BMS
vermogensversterker (optioneel accessoire).
Sommige modellen van vermogensversterkers
mag u niet op "+18" instellen. Zie de catalogus of
gebruiksaanwijzing van de vermogensversterker.
q Stelt de middenfrequentie in van de
lagetonenversterking die u hebt ingesteld voor de
"AMP Bass".
Indien u hem op "Low" instelt, daalt de
middenfrequentie met 20 tot 30%.
w Geeft het audiobedieniningsscherm 1 weer.
Nederlands 277