Sluit het toestel alleen aan op een goed
bereikbaar stopcontact (100-240 V~ /
50/60 Hz), vlakbij de plaats van de op-
stelling. Zorg dat het stopcontact altijd
goed toegankelijk is zodat het toestel
indien nodig snel spanningsvrij kan
worden gemaakt.
• Neem het toestel niet in gebruik, als
het toestel of het aansluitsnoer zicht-
baar zijn beschadigd of als het toestel
is gevallen.
• Trek het netsnoer altijd aan de stekker
uit het stopcontact, trek nooit aan het
snoer.
• Zorg ervoor dat u niet over het aan-
sluitsnoer kunt struikelen. Het netsnoer
mag niet ingeklemd of platgedrukt
worden.
4.5. Bij beschadigingen
• Trek bij beschadiging van de stekker,
het aansluitsnoer of het toestel meteen
de stekker uit het stopcontact.
136 / 204