9
Storingen verhelpen
9.1 Foutweergave
Als er een fout optreedt, wordt deze weergegeven op het
touchdisplay.
Afbeelding 9.1 Foutweergaven
De foutafhandeling is afhankelijk van het type fout, zie
hoofdstuk 9.2.
Om de werking voort te zetten, zijn er de volgende opties:
Herhalen
Als de oorzaak van de fout is verholpen,
wordt de printopdracht voortgezet.
De actuele printopdracht wordt geannuleerd.
Annuleren
Het etikettentransport wordt opnieuw synchro-
Toevoer
niseerd. Vervolgens kan de opdracht met
Herhalen worden voortgezet.
De foutmelding wordt genegeerd. De printop-
Negeren
dracht wordt met eventueel beperkte functie
voortgezet.
De fout staat printen niet toe. Voor een meer
Logboek op-
gedetailleerde analyse kunnen verschillende
slaan
systeembestanden op een extern geheugen
worden opgeslagen.
De secties die vóór de fout door de onderste
printkop werden voltooid maar niet door de bo-
venste printkop werden voltooid, worden niet
herhaald. Dit vermindert het totale aantal secties
dat in de printopdracht wordt gemaakt.
► Druk deze secties indien nodig opnieuw af.
Als de afdruktaak tellers bevat, zou de afdruk-
taak na het indrukken van de knop Herhalen
niet doorgaan met de juiste tellerwaarden.
► Beëindig in dat geval de printopdracht met
Annuleren.
► Start de nieuwe printopdracht met aangepas-
te tellerwaarden.
2967550000/00/06.2023
23