Deze laser is voor levering volledig gekalibreerd. Kapro raadt
u aan regelmatig de nauwkeurigheid te controleren, zeker na
vallen of verkeerd gebruik van de laser.
1. Controleer de hoogte nauwkeurigheid van van de kruizing
van de zijwaarste vertikale and horizontale lijn.
2. Controleer de hoogte van de kruising tussen de horizontale
(#4) en voorwaartse verticale laserlijnen.
3. Controleer de nauwkeurigheid van de voorwaartse verticale
laserlijn.
4. Controleer de nauwkeurigheid van de zijwaartse verticale
laserlijn.
5. Het controleren van de loodrechtheid van de 2 verticale laserlijnen.
1. Het controleren van de hoogte van de kruising tussen
de zijwaartse vertikale en horizontale laserlijnen
(Hoogte/laagte verschil)
1) Plaats de laser op een statief of een vaste ondergrond
tussen 3 muren A, B en C. De afstand tussen A en B moet
ongeveer 5 meter zijn.
2) Plaats de laser ongeveer 0,5 meter van muur A en 2 meter
van muur C.
3) Zet de laser aan en schakel de vertikale lasers em onderste
horizontale laser aan.
4) Projecteer de kruising van de horizontale en zijwaartse
laserlijnen op muur A.
5) Markeer op muur A het middelpunt van de kruising als a1,
en op muur C markeer het middelpunt van de kruising
als c1. (Zie schema #1)
14
KALIBRATIE PROCEDURE