5 Onderhoudsinstructies
5.12
Hydrauliekolie en filter vervangen
Draag plastic handschoenen om te voorkomen dat er olie op uw huid komt.
Voer gebruikte olie en filters af op een ecologisch verantwoorde manier.
1. Zorg ervoor dat de versnipperaar in veilige conditie is. (Zie Paragraaf 5.1 " Veilig
onderhoud " op pagina 41.)
2. Zorg ervoor dat de versnipperaar waterpas
staat.
3. Verwijder alle vuil rondom de
hydrauliektank (Afbeelding 32).
4. Zoek de oliefiltercartridge en schroef deze
los (Afbeelding 32, item 1). (U heeft
daarvoor mogelijk een filterband of
vergelijkbaar gereedschap nodig.)
5. Breng een beetje olie aan op de afdichting
van het nieuwe filter.
6. Schroef het nieuwe filter vast. Draai het niet
vaster dan handvast.
7. Draai de vier M8-bouten (Afbeelding 32,
item 2) los en verwijder de afdekplaat van
de hydrauliektank.
8. Verwijder de vuldop van de tank.
9. Verwijder de aftapplug en laat de olie in een
geschikte bak lopen.
10. Zet de aftapplug terug.
11. Vul de tank bij met VG32 hydrauliekolie tot de 'Min'- en 'Max'-lijnen op de tank
(15 liter) (Afbeelding 32).
Let op: wanneer u hydrauliekolie van een onjuist type gebruikt, leidt dit tot problemen in
de motor en raken de filters verstopt.
5.13
Leidingen controleren
Hydraulische wals- en rupsbandsystemen werken onder extreem hoge druk en moeten
in een veilige werkconditie worden gehouden. Alle hydrauliekslangen moeten regelmatig
worden gecontroleerd op tekenen van beschadiging, slijtage en lekkage.
De leidingen die naar de bovenste motor lopen hebben de grootste kans op
beschadiging, omdat ze continu bewegen.
Bij het vervangen van hydrauliekcomponenten moeten nieuwe pakkingen en
afdichtingen worden gebruikt en alle bevestigingen moeten opnieuw worden
vastgedraaid.
C190-0327 - Rev. 3.0 NL
TW 230VTR (Diesel)
Afbeelding 32 - Hydrauliektank
53/75