GEBRUIK VAN UW ROLSTOEL
Water, zand, etensresten, straatvuil etc.
Bij gebruik van uw rolstoel kunt u in contact komen met
o.a. de genoemde verontreinigingen waardoor het
functioneren van uw rolstoel negatief beïnvloed wordt.
1. Geheel of gedeeltelijk onderdompelen in water
voorkomen. Als uw rolstoel nat wordt, of wanneer u
water gebruikt om de rolstoel te reinigen, droog de
rolstoel dan weer zo goed mogelijk af.
2. Zand, etensresten, straatvuil, haar, etc. hebben een
schurende, dus slijtende werking op bewegende delen.
Zie hoofdstuk 10 schoonmaak richtlijnen.
Begeleidende assistentie
waarschuwing:
Het niet opvolgen van onderstaande waarschuwingen kan
resulteren in omkiepen of vallen en letsel veroorzaken bij
de gebruiker of de begeleider.
Gebruiker: Ken uw hulpverlener, weet wat hij /zij kan.
Verzeker u ervan dat deze bekend is met de
waarschuwingen en veiligheids- en technische instructies
omtrent het gebruik van de rolstoel.
Zorg dat de hulpverlener uw wensen kent en weet wat u
van hem/haar verwacht.
Het balanspunt
waarschuwing:
Het moment waarop de rolstoel voorover, achterover of
zijwaarts kiept, is afhankelijk van het balanspunt en de
stabiliteit. De belangrijkste afstelling van uw rolstoel is de
positie van de zitunit ten opzichte van de achterwielen.
Hoe verder de zitunit naar achteren staat, hoe beter de
stoel manoeuvreert, maar hierdoor wordt ook het risico dat
u met uw rolstoel achterover kiept groter.
24
VELDINK
ROLSTOELTECHNIEK
07
BV