11.
Druk op een VARIATION [1], [2], [3] of [4]
knop om een meer complexe of eenvoudi-
gere begeleiding te selecteren.
• Als u dit indrukt voor de laatste tel van de huidige
maat, begint de Fill-in meteen en blijft doorgaan tot
het eind van de maat. Dan wordt het nieuw geselec-
teerde VARIATION patroon gespeeld.
• Als u de gewenste VARIATION knop op de laatste tel
van een maat wordt ingedrukt, start de Fill-in op de
volgende Downbeat en duurt een hele maat. Pas
daarna schakelt de BK-5 naar het nieuw geselec-
teerde VARIATION patroon over.
12.
Indien nodig kunt u het tempo van het ritme
veranderen:
• Druk op de TEMPO [√] of [®] knop om het tempo af
of toe te laten nemen.
• Druk minimaal drie keer op de [TAP TEMPO] knop, op
het gewenste tempo.
De BK-5 berekent de intervallen tussen uw drukken
op de knop, en stelt de corresponderende tempo-
waarde in.
OPMERKING
Druk de TEMPO [√] en [®] knoppen tegelijk in
('STANDARD') om naar het oorspronkelijke tempo van het
ritme terug te keren.
OPMERKING
U kunt de [TAP TEMPO] knop indrukken en vasthouden om
de tempo-instelling te vergrendelen (zie p.54).
Backing Keyboard BK-5
13.
Druk op de [ENDING] knop om het afspelen
van het ritme met een passende eindsectie
te beëindigen.
U kunt het afspelen ook simpelweg stoppen door de
[START/STOP] knop in te drukken of door alle toetsen
op het klavier los te laten (zie 'Sync Start/Stop' op
p.28).
Terwijl het afspelen van het ritme of een SMF song is
gestopt, knippert de [TAP TEMPO] knop om het gese-
lecteerde tempo aan te geven.
De 'One Touch' functie gebruiken
De One Touch geheugens helpen bij het selecteren
van klanken voor de Realtime Parts die met de sfeer
van het huidige ritme overeenkomen. Er zijn vier van
dit soort ONE TOUCH geheugens per ritme.
1.
Selecteer het gewenste ritme.
Zie pagina 28.
2.
Druk op de [EXIT] knop om naar de hoofd-
pagina terug te keren.
3.
Zet de [ONE TOUCH] knop aan (zijn indicator
is verlicht).
Als u geen ONE TOUCH geheugen heeft geselecteerd
sinds de BK-5 is aangezet, knipperen de indicators
van TONE knoppen [1], [2], [3] en [4]. Anders wordt
het laatst geselecteerde ONE TOUCH geheugen auto-
matisch door de BK-5 opgeroepen.
Op de hoofdpagina wordt 'ONE TOUCH - -' (of het
nummer van het laatste ONE TOUCH geheugen)
weergegeven.
De indicators van TONE knoppen [1]~[4] knipperen.
4.
Druk op de knipperende TONE knop die aan
het gewenste ONE TOUCH geheugen ([1]~
[4]) is toegewezen.
r
De 'One Touch' functie gebruiken
31