Instellingen
Voor een betere herkenning van vingerafdrukken
Wanneer u uw vingerafdrukken scant op het apparaat, moet u rekening houden met de volgende
omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de prestaties van het apparaat:
• H et apparaat herkent mogelijk vingerafdrukken niet als deze zijn veranderd door rimpels of
littekens.
• H et apparaat herkent mogelijk geen vingerafdrukken van kleine of dunne vingers.
• O m de prestaties van herkenning te verbeteren, registreert u vingerafdrukken van de hand die
het meest wordt gebruikt om taken uit te voeren op het apparaat.
• O nderaan in het midden van het scherm van uw apparaat zit een vingerafdruksensor. Zorg
ervoor dat de screenprotector of het aanraakscherm op de vingerafdruksensor niet is bekrast of
beschadigd door voorwerpen zoals munten, sleutels, pennen en kettingen.
• Z org ervoor dat de vingerafdruksensor onderaan in het midden van het scherm en uw vingers
schoon en droog zijn.
• A ls u uw vinger buigt of uw vingertop gebruikt, herkent het apparaat uw vingerafdrukken
mogelijk niet.
Druk op het scherm zodat uw vingertop zich verspreidt over het brede oppervlak van het
herkenningsgebied voor vingerafdrukken.
Vingerafdrukken vastleggen
1
Tik op het scherm Instellingen op Biometrie en beveiliging → Vingerafdrukken.
2
Ontgrendel het scherm met de vooraf ingestelde methode voor schermvergrendeling.
Als u geen methode voor schermvergrendeling hebt ingesteld, stelt u nu een methode in.
173