Bediening van het apparaat > Verzenden
3
Be st e m m inge n c ont role re n e n be w e rke n
Controleer en bewerk een geselecteerde bestemming.
1
2
Beve st ig de infor m at ie .
Het bevestigingsscherm van de verbinding verschijnt. Druk op [Ja] om de verbinding te
controleren en op [Nee] om deze niet te controleren.
"Verbonden" verschijnt wanneer de verbinding met de bestemming correct tot stand is
gebracht. Als "Kan geen verbinding maken" verschijnt, controleer dan de ingevoerde
gegevens.
Herhaal de stappen 1 t/m 3 om naar meerdere bestemmingen te verzenden.
Bestemmingen kunnen op een later moment worden gewijzigd. Raadpleeg
controleren en bewerken op pagina
Ge e f he t sche r m w e e r.
Geef de bestemming op, onder raadpleging van
Cont role e r e n be w e rk de be st e m m ing.
Druk op de toets
[Bestemmingen
De bestemming toevoegen
1
Druk op [Voeg toe].
2
Raadpleeg
De bestemming opgeven op pagina 516
te stellen.
De bestemming bewerken
1
Druk op de toets [▲] of [▼] om de bestemming die u wilt bewerken te selecteren, en druk
op de toets [OK].
2
Druk op de toets [▲] of [▼] om [Bewerken] te selecteren, en druk op de toets [OK].
521.
De bestemming opgeven op pagina
bevestigen/toevoegen].
om de toe te voegen bestemmingen in
1
1
5-21
Bestemmingen
2
2
516.