2
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
2.1 WAARSCHUWINGEN VOOR DE
INSTALLATEUR
Neem de in deze handleiding aangegeven
vereisten in acht.
•
De instructies voor het monteren en demonteren
van de hydrokachel zijn alleen voorbehouden aan
gespecialiseerde technici.
•
Het is altijd raadzaam dat gebruikers contact opnemen
met onze ondersteuningsdienst voor verzoeken van
gekwalificeerde technici.
•
De verantwoordelijkheid voor de werkzaamheden
die worden uitgevoerd in de ruimte van de locatie
van de kachel is en blijft ten laste van de gebruiker;
deze is ook verantwoordelijk voor het uitvoeren van
de controles met betrekking tot de voorgestelde
installatieoplossingen.
•
De gebruiker moet voldoen aan alle lokale, nationale
en Europese veiligheidsvoorschriften.
•
Het apparaat moet worden geïnstalleerd op vloeren
met voldoende draagvermogen.
Controleer of de rookkanaal- en luchtinlaatvoorzieningen
overeenkomen met het type installatie.
•
Maak geen losse elektrische verbindingen met tijdelijke
of ongeïsoleerde kabels.
•
Controleer of de aarding van het elektrische systeem
efficiënt is.
•
Het is verboden de kachel te installeren in slaapkamers,
badkamer- en doucheruimtes, ruimtes die gebruikt
worden voor de opslag van brandbaar materiaal en
studio's.
•
Installatie in studio 's is toegestaan indien in een
afgesloten ruimte, en correct geïnstalleerd volgens
de norm;
•
In geen geval mag de kachel worden geïnstalleerd in
ruimtes waar hij wordt blootgesteld aan contact met
water, en nog minder aan opspattend water, omdat
dit gevaar voor brandwonden en kortsluiting kan
opleveren.
•
Omwille van de brandveiligheid moeten afstanden tot
brandbare of warmtegevoelige voorwerpen (banken,
meubels, houten lambrisering, enz.) in acht worden
genomen.
•
Indien licht ontvlambare objecten (gordijnen, tapijten,
etc.), moeten al deze afstanden verder worden
vergroot met 1 meter.
2.1.1 VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
De installateur moet, alvorens met de montage of
demontage van de kachel te beginnen, de wettelijk
vereiste veiligheidsmaatregelen in acht nemen en
met name:
A) Werk niet onder ongunstige omstandigheden;
B) Het moet werken in perfecte psychofysische
omstandigheden en moet controleren of de
individuele en persoonlijke ongevallenpreventie-
instrumenten intact en perfect functioneel zijn;
C) U dient veiligheidshandschoenen te dragen;
D) Moet veiligheidsschoenen dragen;
E) U moet gereedschap gebruiken dat is uitgerust
met elektrische isolatie;
F) U moet ervoor zorgen dat het gebied dat betrokken
is bij de montage- en demontagefasen vrij is van
obstakels.
2.2 WAARSCHUWINGEN VOOR DE
ONDERHOUDSTECHNICUS
Neem de in deze handleiding aangegeven vereisten
in acht
•
Gebruik altijd persoonlijke beschermingsmiddelen en
andere beschermingsmiddelen.
•
Als de vloer uit brandbaar materiaal bestaat, wordt
voorgesteld om een bescherming in onbrandbaar
materiaal (staal, glas) te gebruiken die ook het
voorste deel van de mogelijke verbrandingsval tijdens
reinigingswerkzaamheden beschermt.
•
Voordat u met onderhoud begint, moet u ervoor
zorgen dat de kachel, voor het geval deze is gebruikt,
is afgekoeld.
•
Als zelfs een van de veiligheidsvoorzieningen
verouderd of niet functionerend is, wordt de kachel
als niet functionerend beschouwd.
•
De niet-gespecialiseerde gebruiker moet worden
beschermd tegen toegang tot elk onderdeel dat
hem zou kunnen blootstellen aan gevaren. Het mag
daarom niet worden toegestaan om in te grijpen op
interne onderdelen die gevaar lopen (elektrisch of
mechanisch), zelfs als de stroomvoorziening moet
worden losgekoppeld.
•
Verwijder de voeding voordat u aan elektrische,
elektronische en connectoronderdelen werkt.
2.3 WAARSCHUWINGEN VOOR DE
GEBRUIKER
Raak het glas van de deur niet aan en kom er niet
dichtbij, dit kan brandwonden veroorzaken;
•
Kijk niet te lang in de vlam;
•
Raak de rookuitlaat niet aan;
•
Laat geen gloeiende as achter (wees voorzichtig
en zorg ervoor dat ze volledig uitgeput en koud zijn
voordat u ze stofzuigt of weggooit);
•
Open de glazen deur niet;
•
Open de aslade niet (indien aanwezig);
•
Voer geen enkele reiniging uit;
•
Gebruik het apparaat niet als afvalverbrandingsoven.
•
Het is verboden het product te gebruiken met de deur
open of met gebroken glas.
•
Ongeoorloofde wijzigingen aan het apparaat zijn
verboden.
•
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen tijdens
ontsteking (alcohol, benzine, aardolie, enz.).
•
Nadat de brander niet is ingeschakeld, moet de
opgehoopte pellet worden geleegd voordat de kachel
opnieuw wordt gestart.
•
Het pelletreservoir moet altijd met het deksel gesloten
zijn.
•
Alvorens werkzaamheden uit te voeren, het vuur in de
verbrandingskamer volledig laten doven en afkoelen
en altijd de stekker uit het stopcontact trekken.
•
Voordat u een bewerking start, moet de gebruiker of
iemand die zich voorbereidt op het gebruik van het
product de volledige inhoud van deze installatie- en
04/2023 - NL
7