■ Aanbrengen van een laag met twee tonen
• Controleer of de U2 (Upper2) en L (Lower) indicators niet
op het display worden getoond voordat met deze procedure
wordt begonnen. Als een van de indicators wordt
weergegeven, drukt u op co LAYER en/of cn SPLIT
zodat de indicators niet worden getoond.
1.
Druk op bq TONE.
• Controleer of het pijltje () rechts naast de U1
(Upper1) indicator staat.
2.
Gebruik de bo regelaar om een toon voor het
Upper1 gedeelte te selecteren.
Voorbeeld: 32 ELEC.PIANO 1
E . P i a n o 1
3.
Druk op co LAYER.
De U2 (Upper2) indicator verschijnt met rechts ernaast
het pijltje ().
4.
Gebruik de bo regelaar om een toon voor het
Upper2 gedeelte te selecteren.
Voorbeeld: 226 STRINGS
S t r i n
5.
Speel iets op het toetsenbord.
Beide tonen klinken tegelijkertijd.
• Druk nogmaals op co LAYER om de lagenfunctie uit
te schakelen.
Brandt
s
g
■ Splitsen van het toetsenbord tussen twee
verschillende tonen
1.
Selecteer de toon voor het Upper1 gedeelte
(pagina NL-14).
• Druk op bq TONE en gebruik dan de bo regelaar om
de gewenste toon te selecteren.
Voorbeeld: 312 FLUTE 1
F l u t e 1
2.
Druk op cn SPLIT.
De L (Lower) indicator verschijnt met rechts ernaast het
pijltje ().
3.
Gebruik de bo regelaar om de toon voor het
Lower gedeelte te selecteren.
Voorbeeld: 60 VIBRAPHONE 1
V i b e s 1
4.
Speel iets op het toetsenbord.
Hierdoor worden de tonen weergegeven die toegewezen
zijn aan de linker en rechter bereiken van het
toetsenbord.
VIBRAPHONE 1
Splitspunt
F3
• Druk nogmaals op cn SPLIT om de splitsfunctie uit te
schakelen.
• Als u zowel lagen als splitsen aanbrengt, worden de lagen
enkel uitgeoefend op het rechter bereik van het
toetsenbord.
Spelen op het toetsenbord
Brandt
FLUTE 1
NL-15