nl Home Connect
Zo vaak op
2.
ken tot de temperatuurindicatie
(koelvak)
dicatie (diepvriesvak)
/
(vriesvak) indrukken.
3.
a Het apparaat bouwt een eigen Wi-
Fi-netwerk met de netwerknaam
"HomeConnect" op.
a De temperatuurindicatie (diepvries-
vak) toont een animatie. Het appa-
raat is gereed voor de handmatige
verbinding met het WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi).
De instructies in de Home Connect
4.
app op het mobiele eindapparaat
volgen.
a De netwerkinformatie van het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) wordt
op het apparaat overgedragen.
a Bij een succesvolle verbinding
knippert
in de temperatuurindi-
catie (diepvriesvak).
Als de temperatuurindicatie (diep-
5.
vriesvak)
toont, kan het appa-
raat geen verbinding met het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) maken.
Controleer of het apparaat zich
‒
binnen het bereik van het
WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) be-
vindt.
→ "Signaalsterkte controleren",
Pagina 58
De procedure herhalen.
‒
Apparaat met Home Connect
app verbinden
Als u uw apparaat automatisch met
uw WLAN-thuisnetwerk (Wi-Fi) hebt
verbonden, kunt u uw apparaat met
de Home Connect app verbinden.
Voorwaarden
¡ Het apparaat is verbonden met het
Wi-Fi thuisnetwerk. → Pagina 57
¡ De Home Connect app is op het
mobiele eindapparaat geïnstal-
leerd.
58
/
(koelvak) druk-
en de temperatuurin-
toont.
indrukken.
1.
a De temperatuurindicatie (koelvak)
toont
.
Zo vaak op
2.
ken tot de temperatuurindicatie
(koelvak)
dicatie (diepvriesvak)
/
(vriesvak) indrukken.
3.
a De temperatuurindicatie (diepvries-
vak) toont een animatie.
De instructies in de Home Connect
4.
app opvolgen tot het proces is vol-
tooid.
a Bij een geslaagde verbinding toont
de temperatuurindicatie (diepvries-
vak)
.
Als de temperatuurindicatie (diep-
5.
vriesvak)
toont, kon het appa-
raat geen verbinding met de Ho-
me Connect maken.
In de Home Connect app con-
‒
troleren of het mobiele eindap-
paraat met het WLAN-thuisnet-
werk (Wi-Fi) is verbonden.
De procedure herhalen.
‒
Als de temperatuurindicatie (diep-
6.
vriesvak)
toont, de Home Con-
nect instellingen terugzetten.
→ "Home Connect instellingen te-
rugzetten", Pagina 59
Signaalsterkte controleren
Als er geen verbinding kan worden
gemaakt, kunt u het beste de sig-
naalsterkte controleren.
indrukken.
1.
a De temperatuurindicatie (koelvak)
toont
.
Zo vaak op
2.
ken tot de temperatuurindicatie
(koelvak)
toont.
a De temperatuurindicatie (diepvries-
vak) geeft een waarde tussen
(geen ontvangst) en
ontvangst) weer.
/
(koelvak) druk-
en de temperatuurin-
toont.
/
(koelvak) druk-
(maximale