Opmerkingen:
*
De zone 29/GND en zone 30/GND aansluitklemmen zijn
bedoeld om bekabelde detectoren of magneetcontacten
aan te sluiten, het sabotagecontact van een externe
sirene of flitser of een drukknop via een 2.2 K
weerstand. Deze weerstand is in de fabriek aangesloten
over de zone 29/GND en zone 30/GND aansluitklemmen.
Als de aansluitklemmen niet worden gebruikt mogen de
weerstanden er niet uitgehaald worden. Het V+
aansluitblok kan als voedingsklem dienen om een
12VDC voeding te leveren (tot max. 36mA).
**
Beide +12V klemmen zijn gelijk (doorverbonden).
Het EXT aansluitblok kan worden gebruikt om een externe
sirene aan te sluiten.
Het INT aansluitblok kan worden geprogrammeerd
voor een "interne sirene" of "flitser" (zie UITGANGEN
DEFINIEREN - INT UITGANG in par. 4.8).
De +12V en "GND" aansluitklemmen kunnen aan een
externe buitensirene/flitser worden aangesloten (voor
een constante DC voeding.
*** De X-10 jumper moet in 1-W positie staan (voor 1-
WEG X-10 modules) of in 2-W positie (voor 2-WEG X-
10 modules).
LET OP! Als u de aansluitklemmen weer op zijn plaats zet
zorg er dan voor dat ze met de pennen op de PCB zijn
uitgelijnd. Aansluitklemmen die niet zijn uitgelijnd of
omgekeerd zijn geplaatst kunnen de interne PowerMax
Pro circuits beschadigen!
BELANGRIJK! De aansluitklemmen voor de interne en
externe sirenes zijn DC uitgangen voor 12V sirenes.
Indien een luidspreker aan één van deze uitgangen wordt
aangesloten, zal deze kortsluiting veroorzaken en de
PowerMax Pro ernstig beschadigen.
3.6 Batterypack plaatsen
Open het batterijcompartiment (zie figuur 3.1C). Sluit de
verbindingskabel
van
batterypack aansluiting op de PowerMax Pro.
Voor extra batterypacks: plaats het tweede batterypack
en verbind de verbindingskabel hiervan met de tweede
batterypack aansluiting op de PowerMax Pro.
6
BEKABELDE DETECTOREN EN SIRENES AANSLUITEN
Figuur 3.1B - Bedradingen
het
batterypack
aan
ZONE
ZONE
GND
V+
29
30
SLUIT BEKABELDE DETECTORS ALS VOLGT AAN:
ZONE 29 /
ZONE 29 /
ZONE 30
GND
V+
ZONE 30
(*)
2.2 kΩ
Power
TAMP
Alarm
Alarm
N.C.
N.C.
N.C.
Detector met
Detector zonder
sabotage schakelaar
sabotage schakelaar
Voorkant
Ω
Figuur 3.1C – Batterypack plaatsen
3.7 X-10 Interface aansluiting
Verbind de X-10 interface RJ-45 aansluitkabel aan op de X-
10 aansluiting op de PowerMax Pro. Leid de kabel door het
kabelkanaal en verbind de X-10 interface met het lichtnet.
Figuur 3.1D - X-10 Interface module aansluiting
3.8 Optionele GSM module montage
Plug de GSM module in en bevestig deze met de schroef
(zie onderstaande tekening).
Monteer de optionele externe GSM-antenne op een
geschikte locatie en sluit de verbindingsklem aan op de
PowerMax Pro zoals hieronder is aangegeven.
op
de
ZONES
GND
+12V
PGM
SRN
+12V
SRN
INT
EXT
GND
V+
(*)
Opmerking:
voor zones 29 en 30, "detecteert" het
controlepaneel een specifieke weerstand,
afhankelijk van de gebeurtenis, als volgt:
Normaal (geen alarm en geen sabotage
Power
gebeurtenis: 2.2 KÙ
Alarm gebeurtenis: 4.4 kÙ
Sabotage gebeurtenis: oneindige weerstand
6-polige
RJ-11 plug
GSM
EXTERNE
SIRENE
INTERNE
SIRENE OF
FLITSER
Naar X-10 interface
via achterkant
voorkant
Kabelkanaal
voorkant
eenheid
D-301201