2 DIGITAAL
1 Instellen van de AMS-zendmodus
Wanneer u in de AMS-functie werkt, kan de transmissiemodus worden geselecteerd:
1. Druk op de [F(SETUP)] toets > [TX/RX] > [2 DIGITAL] > [1 AMS TX MODE] en houd deze inge-
drukt.
AUTO
TX FM FIXED
TX DN FIXED
2. Druk op de DIAL-knop om de AMS-zendmodus te selecteren.
De standaardinstelling: AUTO
Raadpleeg de Bedieningshandleiding voor meer informatie.
2 Instellen van de pop-uptijd van de informatie over het externe station
Stel de tijdsduur in voor de weergave van de informatie over het externe station (zoals de roepnaam)
op het LCD-scherm.
1. Houd de [F(SETUP)] toets > [TX/RX] > [2 DIGITAL] > [2 DIGITAL POP UP]
2. Draai aan de DIAL-knop om de gewenste instelling te selecteren.
OFF
2 sec - 60 sec
CONTINUE
De standaardinstelling: 10 sec
3 Instelling voor het verzenden van uw eigen positie in digitale modus
Stel in of u uw eigen zenderpositie in de digitale modus wilt verzenden.
1. Houd de toets [F(SETUP)] toets > [TX/RX] > [2 DIGITAL] > [3 LOCATION SERVICE]
2. Draai aan de DIAL-knop om de gewenste instelling te selecteren.
ON
De locatie-informatie van uw station verzenden.
OFF
De locatie-informatie van uw station niet verzenden.
De standaardinstelling: ON
De RX- en TX-bedrijfsmodi worden automatisch geselecteerd uit de
vier communicatiemodi overeenkomstig het ontvangen signaal.
De RX-modus wordt automatisch geselecteerd uit de vier communica-
tiemodi om overeen te komen met het ontvangen signaal. De TX
modus wordt automatisch gewijzigd naar de "FM"-modus.
De RX-modus wordt automatisch geselecteerd uit de vier communica-
tiemodi die overeenkomt met het ontvangen signaal. De TX
modus wordt automatisch gewijzigd in de "DN"-modus.
De informatie van de externe zender wordt niet weergegeven
Stel de tijdsduur in voor de weergave van de informatie over het externe station.
De informatie over de externe zender wordt continu weergegeven.
47